Het moet een geweldige belevenis zijn geweest om de Amerikaanse natuur te ervaren, voordat het westen er zijn intrek deed. In de tijd voor onze beschaving, was er nog vooral florerende natuur van een omvang die we ons gewoonweg niet meer kunnen voorstellen omdat de meesten van ons het niet hebben ervaren. Gras, hoog tot aan je borst en hoger, zodat je er niet eens overheen kon kijken, voor zo ver als het oog kon zien vanaf de hoogste heuvel of berg, en enorme kuddes Bizons (miljoenen per kudde) die over dat land reisden en graasden.
Een geweldige rijkdom aan levende natuur
Een rijke flora en fauna, en maar relatief weinig mensen (de indianenstammen), die toen nog dicht met de natuur leefden. Nu is het slechts een herinnering, een beetje wrang geïllustreerd door een enorme berg schedels en een trotse man. En de herinnering is eigenlijk ook al grotendeels vergeten, aangezien het van een tijdperk was toen elektronische media en films nog niet bestonden.
Enorm rijk graslandschap en levende grond
Het grasland was zo rijk, dat het meisje uit de serie “Het kleine huis aan de prairy” waarschijnlijk dicht bij het huis moest blijven omdat ze tussen dat enorme gras zou verdwalen. Je moet dan ook niet denken aan onze glad gemaaide grasveldjes met hun korte sprieten. Dit gras kon gerust 3-4 meter hoog worden, en in zo’n weelderig natuurland zal dat zeker ook gebeurd zijn.
Bedenk dat ook de enorme bamboe-planten in Azië gewoon een gras-soort zijn. Dat Aziatische gras groeit ontzettend snel (tot wel een meter per dag), zodat het in Azie zelfs gebruikt werd om mensen als straf te “vierendelen”. Het gras in het oude Amerika was dus niet vergelijkbaar met het gras van onze voetbalvelden, of in onze tuinen. Duizenden hectares met huizenhoog gras, gezonde levende aarde, en een weelde aan fauna. Wat een indrukwekkend natuurbeeld moet dat geweest zijn, en wat een potentieel tot verbouwen.
Onderwerpen van vrije natuur
De gemigreerde Europeanen hadden weinig oog voor deze schoonheid. Zij zaten met hun gedachten slechts bij de vraag, hoe ze die rijkdom zouden kunnen onderwerpen, bezitten en exploiteren. Ze zagen het leven en de natuur daar als onbeschaafd, iets dat gevormd en gemanaged moest worden, en wat hun recht was om te bezitten en te nemen. Ze kwamen zelf uit een milieu dat natuur al had vervangen door georganiseerde woongemeenschappen met huizen en wegen en hekken en steden.
De nieuwe Amerikanen waren bang voor dat natuurvolk, dat leefde op een manier die zij niet begrepen en primitief vonden. Een volk waar ze geen geduld voor hadden, en wiens taal ze niet verstonden, en die machteloos was tegen hun wapens. Ze reageerden met doodseskaders, machines en harteloosheid, en veroverde dit rijke land met grote geweren, hun eigen vee en granen, bouwden steden, plaatsten hekken.
Harde egocentrische cultuur
Net als wij, waren deze nieuwe Amerikanen weinig inlevend over het lot van die andere groepen, dat andere volk en die dieren. Ze sloten hun hart voor alles wat er al woonde, en begonnen te veroveren, doden, en exploiteren, wat er aan rijkdom was. Ze waren gekomen hun eigen ideeën over beschaving en welvaart, en een angstig en gewelddadig hart.
Minachting voor mens en dier
De gemigreerde Europeanen, beschouwden deze inlandse bevolking als minderwaardig, niet eens mensen, meer als vee dat naar willekeur gedood en gedwongen kon worden, een volk zonder rechten, geeneens Christenen. Deze “objecten” konden ze dus vrijelijk mishandelen en minachten (een reactie die later naar de inlandse Afrikanen nog eens herhaald zou worden).
Het oude Amerika was werkelijk het recht van de sterkste en pakken wat je pakken kon. De bizon was niet de sterkste en ook de Indiaan had het nakijken, zoals later de Aziaten en Afrikanen.
Dieren, Indianen, en later ook Chinese immigranten, werden door hen gebruikt, misbruikt, geschoffeerd, en bovenal zoveel mogelijk genegeerd. Het was een gewelddadige cultuur met veel gevaren. Blind voor het geweld en het leed, hard van hart, of misschien slechts bevangen door de eigen angsten? Ze hadden de gewoonte om gewelddadig met elkaar om te gaan en geweld gebruiken om hun doelen te bereiken. Als je het niet kon verdedigen, dan raakte je alles kwijt.
De domme bizon had het nakijken. De mens had lange-afstandsgeweer om hen te beschieten, en als een kudde uit miljoenen Bizons bestaat dan raak je er altijd wel eentje. Een soort prijsschieten, maar dan wel eentje met een hoge prijs. Elke huid bracht geld op, dus die werd gestroopt en de rest lieten ze achter voor de aaseters. De bizon zelf heeft nooit geweten wat hem raakte. Ze kwamen van ver met alleen hun kogels en messen, en een egocentrisch gesloten hart.
Gratis en vrij wordt duur bezit
Mede door deze Amerikanen (en onze voortzetting ervan), is iets dat toen gratis en overvloedig aanwezig was (het groene land en de enorme kuddes Bizons en alle bio-diversiteit), nu een schaars goed geworden, of gereduceerd tot slechts een duur verkocht ingrediënt waarvan we slechts nog weten dat het in de schappen van de supermarkt of speciaalzaak ligt.
En de winnaars zijn
Als je nu in Amerika kijkt zijn er nog maar een paar grassoorten over (soja, mais, tarwe en rijst) die in enorme oppervlakten mono-culturen samenleven onder begeleiding van grote machines en chemicaliën, en de grond is dood. Buiten de steden kijk je nu uit op duizenden hectaren van alleen industriële gemanipuleerde Mais of alleen gemanipuleerde Soja. De rest van de natuur heeft het nakijken. En dieren staan merendeels in grote hokken of in betonnen voedselstations in hun eigen uitwerpselen.
Dieren staat ofwel achter slot, of worden bedreigd, en zaden worden door genetische manipulatie met een patent tot bezit gemaakt. Wij blijven daarmee veroveren wat vrij was. Dit gemanipuleerde zaad kruist natuurlijk met de normale natuur waardoor het we ook die van binnenuit “met geweld” nemen, ook al zorgt dat voor allerlei meest vreemde mutaties.
Niet alleen land
Natuur is bestempeld tot een concept dat iemand in bezit heeft, en waarvoor dik betaald moet worden. Consumenten eten allang geen natuur meer, willen ook nauwelijks weten hoe hun voedsel eigenlijk ontstaat, en gaan gewoon naar die betonnen grot waarin alles hapklaar is opgesteld om te grijpen. Van natuur kan je eigenlijk nauwelijks nog spreken.
Niet alleen land, maar leven zelf is bezit geworden
Misschien zou je in die voedsel-grot nog van overvloed kunnen spreken (zoals de natuur eens was), maar dan in een versie vergelijkbaar met ons veevoer: In hoge mate gemanipuleerd, en we kunnen ervan groeien, maar gezond is het eigenlijk niet echt omdat het niet het voedsel is waarvoor ons lichaam gemaakt is. We bouwen dus tekorten op, moeten enorme hoeveelheden van de verkeerde soorten vetten en suikers verwerken, en worden dus heel langzaam steeds iets zieker, de bekende welvaartsziektes.
Geloof in eigen almacht en technologie
Zo groot is ons geloof in onze manieren en technologie, dat we vervolgens gewoon blijven doorgaan, en hopen dat de industrie de kinderziekten uit ons voedsel oplost. En anders hopen we dat de medische stand ons aan de juiste pil gaat helpen. En ons ongemak en ongeduld mopperen we gewoon wat weg.
We accepteren zonder echte reactie dat we deel zijn van een groot chemisch voedsel-experiment dat al zo’n 70 jaar duurt, en waarin fout op fout is gemaakt. We verheffen dat wat we weten, tot alles wat er is om te weten, om door ervaring erop terug te komen. En we zijn inmiddels de enige diersoort die naar experts kijkt om te horen wat ze moet eten. Geen diersoort in de natuur doet dat.
Ook wijzelf zijn onvrij
Gelijk met de dieren en planten zijn de meeste mensen ook tot een soort bezit geworden, die slechts mogen leven binnen een gereguleerd kader van gedrag en eigendom. Er is nog wel het idee van vrijheid, maar in de praktijk hebben we allemaal te maken met vele anderen die mede bepalen wat we mogen en kunnen. We hebben met onze technologie en manieren een behoorlijk omvangrijke sociale structuur gebouwd met vele grenzen en “opdrachten”. Ouders zijn baas over kinderen, werkgevers, overheden, en allerlei instanties zijn baas over burgers. Wie is er nog echt vrij, behalve dan misschien geestelijk?
Je moet behoorlijk wat geld hebben om enige vrijheid hebben om zich te onttrekken aan de opdracht van het systeem, of bereid zijn de toorn van het systeem op je af te roepen. De rest heeft weinig keus, behalve doorwerken en “het systeem” blijven voeden, en hier en daar wat te saboteren of ontwijken. Hoe we met de dieren en planten omgaan, gaan we uiteindelijk ook met onszelf om, en daarom worden ook wijzelf tot ingrediënten en productiefactoren in de georganiseerde systemen en “machines”.
Gif als smeermiddel
En het groene land, de natuur, wordt bebouwd of met chemicaliën vergiftigd tot het alleen nog bruikbaar is als landbouwgrond of voor de industrie. We leven in zelfgemaakt rotslandschap, waarin natuur is vervangen door beton, metaal en plastic omdat het duurzaam is en vrij van natuur.
Laten we de bizon uitroeien!
Een van de eerste projecten van de Europese mens in Amerika was om de natuur in te kaderen, en massaal de bizons uit te roeien. Niet voor voedsel trouwens, maar voor de huiden en het uithongeren van de Indianen. Harteloos naar de dieren, en harteloos naar de Indianen, die als oudere bewoners geen rechten hadden. Indianen waren te zwak en naïef voor onze Europeaanse wapens, en “kleedden zich als wilden” en bewoonden land dat wij graag wilden bezitten en uitbaten. De uitkomst was voorspelbaar. Gesloten geesten, gesloten harten, en op een ongekende schaal.
Deze foto laat zien hoe de oude Amerikanen (of liever ex-Europeanen) een complete diersoort doelgericht en systematisch heeft afgeslacht. De man is vervuld met trots en denkt niet aan het dierenleed of verlies dat geleden is. Hij denkt alleen aan heldendom van de mens en in zijn tijd is natuur nog volop aanwezig. En het is bijna gelukt, deze uitroeiing, maar gelukkig begint de bizon weer heel langzaam terug te komen. Je kan daar meer over lezen op deze facebook-pagina en op earthjustice.org kan je steun geven aan dit onderwerp.
Schone handen
Wij denken graag dat we beter zijn, maar zijn we dat werkelijk? Onze handen lijken schoon genoeg, maar besteden we niet gewoon het geweld, en het onrecht, uit aan mensen die nog wel hun handen vuil moeten maken om ons te bedienen en onze veiligheid te borgen? En op hoeveel historisch geweld is onze huidige welvaart gebaseerd? Zijn we niet ook een beetje met die schuld geboren?
Zit dit soort doelgerichtheid, en harteloosheid (naar degenen die onze doelen in de weg staan) werkelijk niet meer in onze harten en geesten? Zijn we onze hebzucht, arrogantie en woede overstegen? Of zijn we nog steeds de heer en meester van de wereld en vagen alles weg, inclusief onszelf, omdat we denken dat onze manier beter is?
Woede als smeermiddel
Woede is nog steeds een energie die velen van ons helpt, om staande te blijven in de gemeenschap, en succesvol te worden in een concurrentiestrijd (een mooi woord voor oorlog). Woede lijkt de meest succesvolle, en meest populaire kracht van mensen.
Het is zo belangrijk dat we er vele namen voor hebben, die verschillende kwaliteiten en intensiteiten van elkaar onderscheiden. Woorden als drift, ambitie, verontwaardiging, ongeduld, enzovoor. Bijna al onze systemen zijn op strijd en de kracht van woede gebaseerd.
En zolang we deze kant van onszelf niet eens erkennen, hoe kunnen we dan voorkomen dat het weer gebeurt, of nog steeds? Een trotse man, hier op deze foto, voor vele duizenden dode Bizons. En met al onze hoogstandjes en prestaties, zijn we veel vergeten van wat al goed was voordat wij werden geboren.
Een beetje meer nederigheid
Een beetje meer nederigheid, zou ons zeker goed doen. Een beetje meer nederigheid, zodat we in staat zijn om dat wat anders is de ruimte te geven en het bestaan te gunnen, en misschien in dat proces iets terugvinden waarvan we niet eens meer weten en voelen wat het was, iets dat al lang geleden verloren ging. Een beetje meer respect voor ander leven, en voor de samenhangen in natuur, voor alles wat we nog niet ontdekt hebben.
Een tijd dat kippen en koeien niet in overvolle ongezonde silo’s hun leven sleten als ingrediënten voor de industrie, dat wijzelf nog niet in kantoren achter beton en glas leefden en ziek werden van ons ingeblikte consumptiepatroon en onze leefwijze die niet zo heel veel verschilt van de leefwijze van die kip in de silo… weinig ruimte, te weinig beweging, en weinig vrijheid voor velen.
Nog niet te laat
Het is nog niet te laat, maar we moeten wel wakker worden als we dat willen. Niet zozeer revolutie dan andere keuzen, voor onszelf en voor degenen die met ons mee leven, kan al veel verandering brengen. Een duidelijke stem laten horen, niet tegen iets, maar voor een beter leven. Het ontwikkelen van visie over wat dat is, als je dat nog niet hebt gedaan. En leren hoe je kunt creëren voor velen wat je weet dat goed is.
Weeffouten
Is het slechts een droom, een illusie? Of is het iets heel haalbaars, wanneer we het willen? Een beetje nederigheid, is al een goede start. Een kleine aarzeling voor de actie om te bezinnen. Helaas hebben wij mensen wat weeffouten die ons beïnvloedbaar maken en die onze moraal uit kunnen schakelen, ons zonder wroeging kunnen brengen tot daden die als we tot bezinning kwamen onmenselijk zouden noemen en toch zo menselijk zijn.
Helaas zijn er mensen die geleerd hebben daarvan gebruik te maken, en zijn er velen die deze weeffouten van zichzelf ontkennen. Helaas hebben wijzelf niet geleerd onszelf te kennen, omdat het gemakkelijker is te denken dat wij beter zijn dan dat (tot we met onze neus op de feiten gedrukt worden). Helaas vluchten we liever voor onze destructieve neigingen dan dat we ze onderkennen en veranderen, en helaas beloont ons gevoel ons meestal voor het ontkennen en negeren van alles wat pijnlijk is.
Het is mogelijk, we kunnen veranderen
We hoeven echter niet hiermee door te gaan. Het hoeft niet zo te gaan. En het is niet genoeg om de ogen te sluiten en alles wat pijnlijk is uit onze omgeving te mijden. Het kan anders. Er is nog tijd, als je wilt, als je wilt leren hoe het ook kan, beter wilt voor jezelf en je kinderen, echt leert denken en de technologie naar een bescheidener plek terugbrengt. Er is nog tijd, om gezond voedsel te organiseren en consumeren, en anders te leven, en natuur weer te helpen gedijen. Er is nog tijd.
Hoop voor de toekomst
Niemand kan het alleen, maar ieder mens kan bijdragen en kiezen. En de velen die bezig zijn met zaken als holistisch management (veeboeren) en permacultuur (natuurlijker manier van plantaardig voedsel verbouwen) en gezondere voedings- en leefpatronen (mensen als Dr McDougall), gaan ons voor en tonen ons puzzelstukjes van hoe natuur werkt. En als je hen herkent, kan je helpen te beschermen en mee-verzinnen hoe we verder kunnen ontwikkelen naar gezondere leefwijzen en meer regionale en lokale leefwijzen.
Zij hebben geen grote budgetten voor reclame maar zijn de lichtende voorbeelden die ons iets tonen wat we gemist hebben en grotendeels vernietigd. Leer om geld te laten groeien zodat je meer invloed krijgt en een meer ontspannen leefwijze kunt kiezen, en kan helpen creëren in dit gezonde segment. Ook daarin zijn anderen je voorgegaan.
Jij bent heden en toekomst
Er is zoveel goed nieuws als je het wilt volgen en de mogelijkheden wilt ontwikkelen, en dat mag momentum krijgen tegenover een mainstream denkwijze van de massa (wij met ons allen dus) die het negeert of zelfs tegenwerkt, of gewoon onwetend is van het bestaan ervan. Er is nog tijd, als je wilt… Maar niet zo heel veel meer. Wat is jouw bijdrage? Wat laat je achter? Er is nog maar een beetje tijd, maar genoeg als je begint. En ook jouw bijdrage is van belang. Maak er gebruik van!
✔deel ✔reageer ✔vind ik leuk
Geef een reactie