Als je ooit geargumenteerd hebt met iemand die een woede-thema leeft, vecht voor een thema, of die anderszins vanuit grote emotie beweegt… dan leer je vast heel snel dat je dat beter niet kunt doen. Doe je het toch, dan krijg je waarschijnlijk een intense ontmoeting met de onverdraagzame kant van woede, eentje die weinig geduld heeft met iets dat anders is dan zichzelf.
Als je vervolgens een beetje op mij lijkt (type ‘nerd’), dan blijk je al snel geen ezel te zijn. Het bewijs daarvan merk je doordat je na enige tijd toch weer heel naïef en goedbedoeld aanhaakt bij weer een boze of ontevreden uiting en daar inhoudelijk op ingaat, misschien geïnteresseerde vragen stelt (wat doorgaans ook niet mag), of probeert wat tegenwicht terug te brengen.
Het kan nog erger: Probeer maar eens te helpen…
Wat je leert is dat je zo geen vrienden maakt. Je wilt vrede, wilt vriendelijk en behulpzaam zijn, maar biedt jezelf tegelijkertijd aan als boksbal en bliksemafleider, op zoek naar straf. Wat is dat toch? Waar is de vrede in woede?
Gij zult niet reageren op woede
Mijn mantra voor vandaag luidt:
Hans
“Ik zal niet meer (inhoudelijk) reageren op uitingen van boze mensen.”
Helaas. Ik vrees dat ik hierin wat hardleers kan zijn. Soms heb ik het gewoon niet door. Ja, ik ken de “nerd” in mij goed. Niet de sterkst affirmatie die ik ooit hoorde, dat geef ik onmiddellijk toe, en hij sluit ook meteen veel ontmoetingen uit. Jammer, want ik hou van de ontmoeting en het is een noodzakelijke voedingsbron.
Ik wil graag dat ontmoetingen echt kunnen zijn en zoek niet de rituele dans die we zo gebruikelijk uitvoeren, maar dit is het dan nu … voortaan blijf ik van andermans woede af. Gelukkig onthoud ik dat soort voornemen maar heel kort, want het is leuk om mensen te helpen in hun ontwikkeling en hun leren, maar voor nu, heel even, is er rust. Genoeg is genoeg.
Lessen van de Nerd
Is het goed, dat terughouden, of zou ik er beter iets anders uit kunnen leren, iets waardoor ik het aan moet blijven gaan? De nerd in mij wil leren, maar herhaalt daarin ook zijn manieren en reikt onbevangen uit waar dat niet verstandig is. Zijn ongebruikelijke manieren en reacties worden niet altijd op prijs gesteld. Toch hou ik erg van de nerd, die onhandige goedbedoelende stuntelaar in me. Hij krijgt regelmatig klappen, maar leert veel wat anderen vaak mislopen en doet ook veel goed. Nee, de nerd mag zeker blijven en ik ben hem veel verschuldigd.
Onverdraagzame boosheid
Mensen die hun boosheid ontvouwen (zoals strijders met een thema) blijken slecht andere zienswijzen te verdragen. Wijs ze op een eigen aandeel, een onredelijke beschuldiging of stel onderzoekende vragen, dan krijg je geheid de volle pond van hun woede je kant op. Als mij dat gebeurt dan schrik ik eerst wat en probeer het rustig opnieuw, maar het daagt ook mijn eigen draagkracht uit om de woede te ontvangen. Ik wil geen woede teruggeven, zoek geen escalatie in het contact, en moet dus ontvangen en mezelf kalmeren, of weggaan.
Boosheid is een snijdend zwaard dat vernietigt of vervormt wat op zijn pad komt. Agressie is daarmee slechts het snijvlak van het zwaard dat zijn voorwaartse weg probeert te vervolgen.
Leren op moeilijke plekken
Ik vind zelf dat ik met woede om moet kunnen gaan en het niet in dezelfde vorm mag teruggeven, het was per slot mijn co-creatie. Ik heb woede zelfs als kind al een zwaktebod gevonden, de uitkomst van eerdere vergissingen, en stap daarom zelf niet zo snel in die energie. De uitkomst van een strenge driftige vader met harde handen.
Normaal zal ik dus simpelweg de woede ondergaan zonder reactie, of mijn tact en slimheid inzetten op zoek naar mogelijkheden om de situatie te kalmeren of anders terug stappen en later opnieuw proberen. Dat is een hoge lat, waarmee ik soms ook de grenzen van mijn kunnen opzoek en regelmatig de ervaring heb voorbij mijn kunnen. Zo vergaat het ontdekkingsreizigers. Er is altijd een prijs te betalen voor de lessen die je leert.
Woede als favoriete vluchtweg
Woede uitleven is veel gemakkelijker en het voelt op een bepaald niveau zelfs prettig om woedend te zijn en dat uit te leven. We hebben geleerd te genieten van geweld, voelen onze kracht en macht daarin maximaal en het is daarom de favoriete vlucht uit kwetsbare gevoelens.
Liever blijf ik boos (dan dat ik mijn angst, onmacht, verlies, gemis, verdriet, schaamte of schuld voel), is een veel gevonden dynamiek in familieopstellingen. In woede voel je minder, kun je schaamteloos alle schuld aan anderen geven en de kracht van je geweld intimideert anderen zodat de meeste mensen uit je buurt blijven (behalve andere boze mensen en helpers natuurlijk).
Laat mijn woede met rust!
Velen willen terecht gewoon met rust gelaten worden in hun emotie. Ze zaten sowieso niet te wachten op vragen, tegenwicht of mee- of omdenken, hooguit op gehoord worden. Op zo’n moment zit eigenlijk bijna niemand te wachten op zo’n wijsneus met een onderzoekende vraag, inzicht, tegengesteld beeld of iets dat prikt in de argumentatie. Niet wijs dus, in elk geval geen goede timing.
Ik kies zelf mijn lessen wel
Meestal willen we dat onze emotie en intentie mag bestaan, dat het toestemming krijgt en met rust gelaten wordt. En als je erbij wilt zijn kan je beter doen wat de meesten van ons hebben geleerd: steun betuigen of de emotie oppompen door het groter te maken (ja, je hebt helemaal gelijk dat je zo boos bent, en als je daar en daar aan denkt….). Gedeelde emotie wordt bijna nooit kleiner, eerder het omgekeerde. Voor je het weet is een hele gemeenschap verzameld en hitst elkaar op.
Leren komt dan meestal pas later, als de woede of andere emotie weer is gekalmeerd, wanneer er weer ruimte en rust in ons is en onze oren weer open gaan en de redelijkheid en zelfreflectie weer terug zijn. Maar zelfs dan bepalen we graag zelf of en wat we willen leren, dat hoeft een wijsneus niet aan te dragen, helemaal niet als hij gelijk heeft (vreemd genoeg). Dat laatste heeft natuurlijk vooral te maken met angst voor gezichts- en statusverlies.
Lessen in terughoudendheid
Omgaan met andere mensen is vooral een les in terughoudendheid en (be)grenzen, een les van toestemmen in de eigen vorm van anderen en hun vrijheid om die vorm te leven. Het is wat je zelf wilt, maar dat ook aan anderen geven…
Denk niet dat ik anders ben, want ook ik ben mens en kies mijn momenten en leerpunten naar draagkracht. Misschien hou ik wat meer van leren dan de meesten, misschien zoek ik het wat meer op, maar het zou goed kunnen dat het gewoon zo is dat we slechts ons leren op andere gebieden richten.
Reageer alleen op mijn gedrag (en zie vooral niet wat ik verberg)
Slechts weinigen stellen het op prijs als je (onuitgenodigd) achter hun gedragsfaçade kijkt. Je moet hen op hun woord geloven en negeren wat je weet dat er ook is. En aanvaardt ook maar dat er veel wordt gelogen vanuit emotie, zowel naar jou als naar het zelf. Er is eel dat we niet graag ontdekken in onszelf, en nog meer dat we niet graag laten kennen.
Therapeuten zien, voelen en weten teveel
Als therapeut is het dan soms een flinke uitdaging in terughoudendheid. Misschien ken je dan zoveel meer verbanden en samenhangen, herken je de onzin in overtuigingen, herken je waar iemand zichzelf in de weg zit, weet je tal van manieren om verder te komen en echter te worden, en is er niets wat je ervan mag aanraken of doen omdat er geen vraag ligt.
Hier heb je geen mandaat om die diepte in te gaan, dit is alledaags sociaal contact vol met rituele dans en er is niets te doen. De nerd moet zijn enthousiasme dus indammen, en de wijze constateert dat hij niet weet wat goed is voor deze andere persoon op dit specifieke moment en blijft dus stil en doet niets. Gelukkig ben je als therapeut ook wel geoefend in terughouden.
Wat in therapeutische sessies een grote kracht is, moet pertinent uit het normale interactieverkeer blijven. Emotieresonantie (een kernvermogen van compassie) vraagt daarbij om een groot vermogen tot zelfreflectie, en dat vraagt veel van een afgestemd mens. Niet voor niets zijn de zelfmoordcijfers het hoogst in beroepen die psychisch hulp verlenen en kunnen we het drama van een ander maar kort verdragen voordat we gaan helpen of vermijden.
Enthousiasme voor de ontdekking
Voeg daaraan toe de sterke focus en het enthousiasme van een nerd en je hebt een interessante leerplek. Het heeft een reden dat nerds vaak weinig populair zijn. Ze zijn alleen bezig met hun leerplek en hebben dit menselijk domein gewoon niet zo door en kunnen zichzelf ook te weinig beheersen in hun enthousiasme. Nerds zijn vooral onderzoeker
Nerds willen hun ontdekkingen delen zoals een kind dat zou doen, en verwachten niet dat de ander niet net zo enthousiast en gedreven is als zij. De nerd is de ontdekkingsreiziger, en de psycholoog past dat slechts toe op de mens en wat die mens beweegt.
Vele psychosociale zorgverleners zijn nerds die geprobeerd hebben hun probleem met menselijke interactie op te lossen en zijn die lessen nu aan het delen. Omdat ze moesten leren wat voor anderen vanzelfsprekend was, zijn ze vaak betere leraren.
Diep luisteren naar woede helpt om minder te lijden
Diep en aandachtig luisteren, zou Tich Nhat Hanh je ongetwijfeld adviseren, met als enige doel om de ander te helpen zijn emotie te verlichten door die aanwezigheid. Marshall Rosenberg zou het geweldloze communicatie noemen en hij leert ons een structuur van luisteren en spreken die de emotie en behoefte van anderen volop vrij laat en de ruimte geeft.
Eigen vrede eerst
Thich Nhat Hanh brengt ons ook de les “Eigen vrede eerst”, al gebruikt hij meer en andere woorden ervoor. Zonder eigen vrede heb je ook geen ruimte om te luisteren noch vrede om te geven, dus goed zorgen voor de kalmte en ruimte in jezelf. Leren jezelf te kalmeren is misschien wel de grootste gift van mindfulness.
Sociale media promoten vooral onvrede
Reacties schrijven op sociale media zorgt slecht voor de vrede in je, zoals ook het slechts volgen van sociale media daar niet zo goed voor zorgt. Je vindt daar veel ongezonde voeding voor vrede en het vraagt gerichte aandacht voor de pareltjes en diamanten die er ook voorbij komen. Als er al een emotie is, zal het delen ervan en het reageren op sociale media doorgaans die emotie alleen maar verder oppompen, bevestigen en versterken.
Woorden brengen verdeeldheid, dat is hun aard
Vrede zoeken in sociale media is eigenlijk ook niet zo slim omdat wat de meesten van ons vrede noemen alleen te vinden is waar geen woorden meer zijn. Sociale media specialiseren in het verzamelen en doorgeven van woorden en beelden en met elk woord komt verdeeldheid omdat elk woord zijn tegendeel uitsluit.
Het soort vrede wat we zoeken vinden we veel eerder in de trance-staat die we meditatie noemen, een staat waarin we oefenen in stilte en dissociatie. Je mag het ook liefde noemen, als je wilt.
Boosheid wil boos blijven
In onze boosheid willen we graag boos mogen blijven en zoeken gelijkgestemd gehoor die gaat meebrullen of instemmen. “Je hebt groot gelijk dat je boos bent, en er is nog veel meer om boos over te zijn.” Een variant op “Het is niet jouw schuld” van de moeder in je.
Kom aan mijn boosheid dan ontvang je mijn woede
Reacties die boosheid relativeren of omdenken, of erger die status dreigen aan te tasten, zijn dan niet passend en worden alleen een bliksemafleider voor meer boosheid. Soms komt dat onverwacht, soms in onverwachte intensiteit, maar vaak komt het.
Buitensluiten wat ondragelijk is
Buitensluiten is dan een gebruikelijke oplossing, gewoon ontvrienden wat je niet verdraagt. Het gebeurt op sociale media, maar eigenlijk ook in het fysieke bestaan. Wat ons niet bevalt gooien we uit onze ruimte, en anders proberen we het te vernietigen. Heel gewoon eigenlijk voor ons mensen.
Verlangen naar vrede en nabijheid
Maar soms heb ik dat gewoon niet door, soms lijkt het alsof er een gesprek is met een gelijke en blijkt de boosheid pas later. Soms wil ik graag uitreiken en helpen en wil ik graag ontvangen en ontvangen worden zonder die boosheid in mijn ruimte. We hebben allemaal wel van die rare verlangens… je weet wel…vrede enzo. Wie had kunnen bedenken dat er zo weinig vrede in woede leeft? Ja jij, nu.
Vrede kan bestaan in woede als je toestemming hebt
Nabijheid en vrede kunnen ook goed bestaan te midden van boosheid, als je wordt binnengelaten door de persoon die daar verblijft. Dat is wat we met vrienden doen en soms blijkt een vriend op zo’n moment toch minder een vriend en mag je niet echt dichtbij komen. Je moet eerst en mandaat hebben om dichtbij te komen. Respecteer de grens.
Onbewogen vrede is arrogant en uit verbinding
Vrede is (zoals we zeggen) onbewogen, maar in verbinding blijkt hij snel verdwenen als er boosheid op de lijn komt. Vrede die onbewogen blijft, blijkt dan al snel erg arrogant en uit verbinding. Dat soort vrede gaat geen ontmoetingen meer aan en heeft eigenlijk alles buitengesloten. De stilte heeft geen ruimte meer voor herrie, de onbewogenheid niet meer voor beweging, de onaangeraaktheid niet meer voor aanraking.
Vrede verlangt naar lijden
Er zit meer vrede in de bereidheid om alles te voelen in de verbinding, in het vermogen naar al die ongewenste emoties te reizen. Hoe kan je per slot mededogen hebben voor, of zelfs afstemmen op, iets of iemand wiens ervaring je niet in jezelf kunt terugvinden en niet meer bereid bent te voelen?
Lijden als begerenswaardig menselijk vermogen
Je kunt niet invoelen in lijden als je zelf niet meer bereid of in staat bent tot lijden. In dat geval kan je niet meer helpen omdat je die ander in de kou (of hitte) alleen laat staan. Je onvermogen om te lijden handicapt je. Had je wel eens aan lijden gedacht als een begerenswaardig menselijk vermogen? Vast niet. Toch is het dat en is het waardevol om dat vermogen intact te houden.
Zonder lijden kan je ook niet voluit leven. De stroom die we leven noemen wil alle kanten verkennen en heeft vrijheid nodig. Niet lijden is daarom een handicap.
Randvoorwaarden voor echt ontmoeten
Je kunt slechts echt ontmoeten zolang je kunt bewegen en innerlijk reizen naar elke plek die je tegenkomt in die ontmoeting. Ontmoeten is de kruising van wezens die met elkaar meebewegen tijdens de ontmoeting. Het is een afgestemde dans waarin beiden leiden en volgen. Als je niet kunt volgen en dus niet volledig kunt ontmoeten en afstemmen, dan kan je zeker niet helpen. De ander zal weten dat hij alleen is in het contact. De ontmoeting wordt dus begrensd door ons wederzijds vermogen elkaar te volgen waar we gaan.
Om te helpen moet je natuurlijk meer kunnen dan dat, maar dit is wel nodig om in die positie te mogen zijn.
Verlichting en lijden zijn een stel
De weg naar verlichting (een woord dat stabiele vrede aanduidt) loopt via lijden en het omarmen ervan. Verlichting is vrij van lijden, niet omdat het geen lijden meer kent, maar omdat het voluit ‘Ja’ zegt naar lijden, omdat het in volledige harmonie leeft met pijn. Onze gevangenschap zit in datgene waar we innerlijk een Nee leven, en onze vrijheid daar waar die Nee oplost en een Ja wordt. Meer is het eigenlijk niet. Los alle Nee’s in jezelf op en je bent vrij.
Daarmee zit verlichting dus in de volle bereidheid om pijnlijke en onprettige sensaties te ervaren en erbij te blijven. Wat zou daarvoor nodig zijn?
Ofschoon in het Boeddhisme soms erg hoogdravend wordt gedaan over de staat van verlichting, verklapt het woord zelf al dat het zich kadert als het verlichten van de pijn van lijden. Vrede is daarin dan gekaderd als de staat van “niet-lijden” en alles wat direct of indirect naar lijden leidt wordt rigorous opgegeven.
Als je nog wat verder kijkt zie je dat het pad jaren van het bewust ontmoeten van dat lijden omvat en het opgeven van allerlei zaken waar niet-Boeddhisten genot en plezier aan ontlenen. Met het opgeven van lijden wordt dan ook veel leven ingeboet omdat veel wat plezierig is ons later pijn geeft als het uit onze ruimte verdwijnt.
Het Boeddhistisch ideaal van verlichting komt daarmee met een leefwijze die velen van ons niet willen volgen. Het doel kost dan gewoon teveel en onbewust weten we dat leven meer biedt dan dat.
Dat Boeddha Siddhartha tot dit pad kwam is begrijpelijk als je bedenkt dat hij een zwervende bedelmonnik was die de waarde van een kalm innerlijk tot hoogste bezit verhief. Een zwervende bedelmonnik (wij zouden het dakloze of zwerver noemen) heeft weinig aan bezit en kan het ook niet beschermen.
In de tijd van Siddhartha was het in zijn land gebruikelijk dat bedelmonniken offers, onderdak en voedsel kregen van de bevolking, dus daarover hoefden ze zich dus weinig zorgen te maken. Zij konden hun volledige tijd wijden aan een sereen leven vol meditatie.
De hoogmoedige vrede van de goeroe
Wanneer je niet (meer) wilt of kunt lijden, dan kan je alleen de hoogmoedige vrede leven die uit verbinding moet blijven omdat het anders van alles gaat voelen (in die verbinding) waar het vandaan moet blijven. Een dergelijke hoogmoedige vorm zal zoveel moeten opgeven dat van leven nagenoeg geen sprake meer kan zijn. Een normaal leven kent teveel turbulentie en is daardoor onmogelijk.
Goeroes vallen regelmatig door de mand als hun menselijkheid zichtbaar wordt. Hun devotees en volgelingen negeren dat graag en bedenken dan complottheorieën. Liever dan de waarheid erkennen, willen we dat onze goden en halfgoden op hun voetstuk kunnen blijven.
Je ziet dan ook de stereotype verlichte goeroes een afgeschermd leven leiden waarin ze slechts nog hun lessen kunnen overdragen op daarvoor ontvankelijk publiek die hen weer voedt met verering en bevestiging. Zij kunnen slechts nog mediteren, schrijven en wijze woorden spreken naar zoekers. Zij bestaan slechts nog op een beschouwend meta-niveau.
Onbereikbaarheid als keurmerk
Veel goeroes en meesters hebben zichzelf naar een onbereikbare afstand verplaatst naar iets dat slechts nog waarneemt in plaats van leeft, waardoor ze alleen nog over leven kunnen spreken uit herinnering maar niet meer echt afstemmen. Ze maken hoogmoedige grapjes over hoe normale mensen hun leven leiden (lijden mag ook) en zich innerlijk vormen en bewegen. Meer dan leraar zijn kunnen ze niet, of in elk geval zijn ze in andere rollen niet meer in hun element.
Het is hun schijnbare onaanraakbaarheid en onbewogenheid die hen zo aantrekkelijk maakt voor ons die in de turbulentie leven, en we willen die adoratie en autoriteit ook wel, maar hebben geen benul van hoe weinig waarde het nog heeft als we eenmaal naar die afstand zijn verhuisd en alle bindingen hebben doorgesneden.
Is vrede wel zo onbewogen en stil?
Wie heeft ons eigenlijk geleerd dat vrede onaangeraakt en onbewogen zou zijn? Waarom verdraagt ons beeld van vrede zo weinig turbulentie? Is het misschien dat we ook in onze vrede een afkeer of boosheid verbergen? Dat vrede ons eilandjes is in de grote poel van boosheid en onvrede die we verbergen? Als het een eiland is, dan is hij in elk geval niet erg stabiel, want we duiken nog vaak in onvrede en boosheid, en leven in angst voor die val.
Vrede die vrienden moet buitensluiten om te bestaan
Het zou verklaren waarom iemand ontvriendt, zelfs als zijn thema erg vredevol lijkt te zijn. Het zou verklaren waarom er zo snel toch iets van boosheid of afkeer in ons opkomt. Het zou verklaren waarom we andere meningen en beelden zo lastig vinden in onze ruimte, en ze zo slecht verdragen. Misschien staan wijzelf zo op scherp dat daar helemaal geen ruimte voor is, geen ruimte voor echte ontmoeting, geen ruimte voor vrijwillig leren.
Vereren we dood uit naam van vrede?
Misschien proberen we leven te ontvluchten, die beleving van leven met zijn lastige turbulentie die met prettige en onprettige ervaringen komt, en misschien noemen we die vlucht (naar stilte en rust) vrede? Zijn wij dood-vereerders? Vereren we een staat die geen beweging meer heeft, nooit meer aangeraakt kan worden? Vinden we de turbulentie zo onprettig?
Zuivere ruimte in alleen zijn
Het lijkt er wel op. Het lijkt erop dat we proberen onze ruimt te zuiveren van alles wat onprettig is, zelfs als daarmee elke beweging wegvalt. Stilte als ideaal, zodat we vanuit die stilte meer ruimte in onszelf kunnen ervaren en leven meer dragelijk wordt (omdat we er steeds minder deel van uitmaken). In die nieuwe ruimte die we stilte noemen, leven we echter heel alleen.
Turbulentie om te leven
We zijn niet allemaal dood-vereerders, niet iedereen wil vrede, gelukkig willen er ook leven en er gaan velen zelfs in het extreem om de intensiteit van die ervaring maximaal te maken. Zij brullen en tieren en botsen en butsen en zuipen, spuiten en vrijen erop los, leven voluit hun verlangens, lusten en passies en houden daarin weinig rekening met anderen.
Oké, misschien verlangen ook zij naar die dood als ze zoveel risico’s opzoeken… en misschien willen ze wat sneller gaan, zo zelfdestructief lijken de risicozoekers… misschien willen ze het snel achter de rug hebben en duiken erin voor die extreme beleving, de ruwheid, de aanvaringen, de intensiteit. Gretigheid is hun motto, en bewegingloosheid is voor hen gelijk aan dood.
Dood leven of leven voor de dood
Twee uitersten op weg naar dood, en misschien niet eens zo verschillend als ze lijken. De een stil en onbewogen, de ander luid en gretig. Wat is het verschil? De reis verschilt, zoveel is zeker, de ervaring verschilt. “Dood leven” of “Leven voor de dood”?
Elk zijn eigen pad
Beiden lijken uit verbinding met veel in henzelf, uit verbinding met anderen om hen heen, diens behoeften en gevoelens, beiden grenzeloos op een andere manier. Allebei hebben ze veel kanten die niet geleefd mogen worden en zo werkt leven ook. Je ervaart het pad waarop je loopt, maar niet de andere paden, niet echt.
De onmogelijkheid van eenheid
Hoe kan een man werkelijk weten hoe het is geboren te worden in een vrouwenlichaam? Hoe kan hij de ervaring van zwangerschap en geboorte op eenzelfde manier ervaren, de hormonen, de verbindingen, de andere sociale positie in onze cultuur? Hoe kan een vrouw werkelijk ervaren hoe het is om een man te zijn, de waarheid beseffend dat dergelijke verschillen nooit helemaal te overbruggen zijn?
Hoe kunnen we werkelijk ervaren hoe het is om een ander te zijn, de verschillen overbruggen van lichaam, geest, verbindingen, oorsprong en cultuur? Het eerlijke antwoord is dat geen van ons dat helemaal kan, ook al meten we onszelf soms aan dat we dat wel degelijk kunnen. Elk van ons heeft andere wortels, een ander lichaam, een andere cultuur, andere geschiedenis, andere manieren, andere waarden, andere talenten, andere ervaringen.
De pijn van afscheiding
Als je die vraag stelt, zie je de onmogelijkheid van het volledig ervaren van die ander en kan je contact maken met het verdriet van afgescheidenheid, van nooit werkelijk de ander kunnen ervaren zoals die zichzelf ervaart. Die pijn leeft in ons allen, maar wie heeft daar werkelijk verbinding mee?
Hoe kan het ook anders dan dat we tegen de verschillen aanlopen en met deze kleine en grotere botsingen om moeten leren gaan? Elk leven sluit elk ander leven uit. We kunnen slechts vermoeden en onze eigen ervaring matchen met die ander, ervan uitgaand dat we allebei mens zijn en dus enige overeenkomst hebben.
In vrede leven met jezelf en je leven
Vrede vinden met ons eigen leven, met wie we zijn in onze eigen unieke vorm, inclusief onze historie en onze bron bestaande uit onze familie van herkomst en alles wat die gedaan en geofferd hebben om jou hier te brengen in jouw unieke vorm.
De kaars brandt sowieso op
Kleine vlam, grote vlam… de kaars brandt sowieso op. De rest is slechts keuze, en misschien wat verslaving en overleving. Wat je zoekt, wat je verdraagt, hoe je wilt leven of niet… een mooie dag, dat je besluit in vrede te leven met je keuze.
Wees een vriend, laat je horen
Ik wens je een fijne dag! Laat jouw ervaring eens horen. Een reactie is welkom.
Carla Verschoor
Ppppffff…………………..Hans, en hele kluif. Maar wat een fantastisch inzicht op het thema woede…. Dank je wel Hans!~~
Het nogmaals herlezen dubbel en dwars waard, en ook nodig, omdat: Heel erg leerzaam.
Hans Schuijff
Fijn dat je de hele kluif gewaardeerd hebt @carla-verschoor. Dank voor je feedback. Je mag het artikel met aanbeveling doorgeven aan anderen als je wilt.