Gisteren was ik op Facebook in gesprek met iemand die actief iets wil doen tegen pesten. Ik stelde haar wat vragen en kreeg wat antwoorden, maar haar kernvraag was eigenlijk “Hoe pak je het aan?”, ze zocht een concreet plan tegen pesten. De aanleiding voor dit plan is beschreven in mijn eerdere artikelen over pesten (onbegrepen pijn en veel schoonheid en kinderen van een dictatuur, wortels van pesten). De drie artikelen geven samen een behoorlijk startpunt voor degenen die willen helpen om pesten op te lossen. We kunnen daarbij niet alleen de symptomen onderdrukken, maar zullen ook de wortels van pesten moeten vinden en daar iets veranderen. De belangrijkste vraag is misschien wel: Willen we deel zijn van een probleem, of willen we het werkelijk oplossen?
Wat ga ik hier schrijven over pesten?
In het gesprek, luisterend naar haar pijn en zoeken, kwamen er wat ideeën in me omhoog. Ik bedacht dat de eerdere artikelen wel een aantal gevolgen van pesten beschrijven en waar wortels van pesten liggen, maar nog niet echt een plan geven om ermee aan de slag te gaan. Ik zal mijn ideeën daarover in dit artikel met je delen, zowel wat nodig is als wat volgens mij niet werkt en waarom. Ik lees natuurlijk graag je aanvullingen en kanttekeningen en eventuele vervolgvragen in een reactie hieronder. Het is een probleem dat we gezamenlijk moeten aanpakken.
Ik heb gemerkt dat het onderwerp pesten erg leeft, en dat begrijp ik ook, omdat het vooral bij degenen die het ondergingen een diepe pijn gaf die een lange echo kan hebben. Het aanpakken van pesten is een aardige uitdaging en het is best een hardnekkig probleem. Al snel ontdek je dat het van alle tijden is en in alle culturen gebeurt.
Het is ook niet alleen voorbehouden aan kinderen, ook wij volwassenen van alle leeftijden doen het naar elkaar. We verwachten dat we daar dan beter mee kunnen omgaan, niet zo snel gekwetst raken, maar is dat eigenlijk wel zo? Hoe is het voor je als een collega, partner of leidinggevende je op die manier uit de massa licht en gebruikt om zijn positie te verbeteren?
Ik zal in dit artikel een soort grote lijn en een doelstelling formuleren, maar niet een volledige uitwerking stappenplan geven. Dat is iets wat wel zou moeten als je er echt mee aan de slag wilt gaan. Maar je zult merken dat als je deze doelstellingen en aandachtspunten eenmaal volgt dat het maken van een plan er eigenlijk moeiteloos uit voortvloeit. Ik hou van moeiteloos, dus ik hoop dat jij daar ook van houdt. Laten we gewoon beginnen en in de flow stappen! Ga je mee?
Doelstelling: pesten moet stoppen!
We willen dat pesten ophoudt, maar is dat een geschikte doelstelling om mee verder te gaan? Laat ons eens nagaan: Hoe werkt dit uit als doel en wat voor alternatieven hebben we daarvoor?
Aanpak 1: Straf kinderen die pesten
Je standpunt is helder. Je bent boos om het gepest en kinderen die pesten (en dat zijn er heel veel) moeten daarmee gewoon stoppen, ze moeten weten dat het niet meer mag. We kunnen het pad op gaan van straffen en repressie. De boodschap is dan “Pesten is fout! Stop ermee!” en kinderen die nu nog pesten zouden dan uit angst voor straf gaan stoppen met pesten. De praktijk leert dat het niet zo simpel is. Het gepest escaleert en gebeurt nu alleen minder zichtbaar en verhardt zich. De boosheid wordt terug uitgeleefd.
Aanpak 2: Help kinderen die pesten inleven
We kunnen ook een wat milder pad inzetten. We kunnen bijvoorbeeld informatie geven aan kinderen die pesten over wat het allemaal doet met de kinderen die gepest worden. De veronderstelling hier is dat kinderen die pesten misschien onvoldoende door hebben dat ze het doen, en dat als ze zich meer inleven in het kind dat ze pesten, dat ze dan zelf willen stoppen.
We weten dat kinderen misschien soms geen raad weten met hun gevoelens en behoeften, soms niet weten hoe om te gaan met wat er is of wat ze willen, en dan maar naar geweld grijpen. We weten dat er groepsdruk kan meespelen, en groepsprocessen, er zijn tal van mogelijke bronnen van pesten die een helpende aanpak nuttig en noodzakelijk maken. Er zijn ook randvoorwaarden en risico’s in deze aanpak.
Probleem 1: behoeftevervulling
Beide aanpakken hebben ongetwijfeld een uitkomst, maar hebben ook een probleem gemeen. Het helpt het kind dat pest niet om op andere wijze zijn behoeften te vervullen. Het is als een lening aflossen, om daarna te ontdekken dat je nog steeds geen geld hebt, alleen maar geen schuld meer hebt. Iets kwijtraken of stoppen is niet de werkelijke behoefte. Alleen stoppen is dus niet genoeg oplossing voor het probleem, al zal het voor jou misschien wel genoeg zijn als het stopt.
Het zou mij niet verbazen als het pesten dan in meer verkapte vorm alsnog terugkwam. Dat komt omdat het kind dat naar pesten greep, misschien alleen die methode had om zijn doelen te bereiken. En als een behoefte onvervuld blijft, en je mogelijkheden om het te vervullen blijven gelijk, dan is een terugval de enig mogelijke weg. Alleen zal het proberen slimmer te zijn zodat hij niet meer gepakt zal worden.
Probleem 2: stigmatisering
Er is nog een probleem. Als je naar een kind toegaat en je vertelt het dat wat het doet fout is, dan zal hij zich niet openen maar afsluiten en in de verdediging gaan. Het is dus moeilijk om op die manier verandering te realiseren, en de methode die je gebruikt zal al snel neerkomen op de grote broer of zus die het slachtoffer wel eventjes komt helpen om dat varkentje (het kind dat pestte) te wassen, of erger nog een kopje kleiner te maken. Jeugdcriminaliteit, here I come!
Het jongetje of meisje dat haar klasgenoot pestte leert alleen dat het vervelend is om gepakt te worden, en dat wat in deze jungle geld, nog steeds het recht van de sterkste is. Dat kind zal dus onderduiken, of slimmer worden in de aanpak van het pesten, en jij bent zojuist de grotere pester geworden. Het enige is dat je je in je recht voelt staan omdat je iemand pest die het in jouw ogen verdient. Maar zou het kind dat pestte dat ook niet gedacht hebben? Oog om oog… Een gesprek zal al snel moeilijk worden.
Simpelweg een kind apart nemen of aanwijzen en aanspreken op zijn of haar gedrag heeft al het probleem van dat dit kind een stempel krijgt en veroordeeld wordt, wat van alles teweegbrengt zowel in het kind als in zijn positie in de klas. De kans dat het niet echt meer openstaat voor wat er gezegd wordt, is groot, want het komt van een boeman.
Wat is een betere doelstelling dan niet meer pesten?
Oké, we hebben dus vastgesteld dat het oplossen van pesten niet alleen zou moeten betekenen dat je ergens mee stopt. Er moet ook een alternatief zijn voor waarmee gestopt wordt.
Probleem 3: je brein.
Er is nog een tweede probleem en dat zit in de werking van ons brein. Ons brein haakt aan op zelfstandig naamwoorden en werkwoorden. Hypnotiseurs weten dat, waardoor ze je kunnen bedotten en manipuleren met dit soort taalgebruik. Werkwoorden (doen) en zelfstandig naamwoorden (dingen) zijn doorgaans lekker concreet, en kan je brein dus gemakkelijk vertalen in plaatjes en filmpjes. Maar wat moet het met woorden als “niet”, en “geen”, of woorden als “altijd” of “nooit”?
Dus als je zegt “niet meer pesten” dan is je doel “pesten” geworden, want dat is waar je brein op focust. Je aandacht gaat dan voortdurend naar wat je niet wilt, pesten dus, in plaats dat het focust op wat je wel wilt.
Wat is het eigenlijk wat we willen?
Heb je daar wel eens over nagedacht? Als je een doel zou moeten formuleren, zonder daarbij gebruik te maken van ontkennende woorden? Als je dus een doel moet formuleren waarheen je wilt gaan, een inspirerend doel? Kan je dat al? En kan je het ook concreet maken, dus woorden gebruiken die te vertalen zijn in bijvoorbeeld een concrete handeling?
Als je zegt: mijn doel is dat iedereen liefdevol met elkaar omgaat. Dan heb je nog een probleem, want wat betekent dat woord “liefdevol” precies? En als je zegt dat iedereen pijnvrij en gelukkig moet worden, wat betekenen die woorden dan precies: gelukkig? En heb je ontdekt dat er dan weer een negatief doel ingeslopen was? Een doel waar je van weg wilt, in plaats van naartoe? Pijnvrij, oftewel geen pijn meer? Wat is het dan wat je wel wilt? Hoe zou je een goed en inspirerend doel kunnen formuleren?
Randvoorwaarden voor een te stellen doel
Laten we eens wat proberen. Even samenvatten wat we tot nu toe bedacht hebben. Wat we willen is dus een doel dat:
- formuleert waar we heen willen;
- voor alle kinderen iets oplevert;
- iedereen omsluit, liefst inclusief leraren en ouders;
- concreet genoeg is om het uit te leggen en in concrete stappen te vertalen;
- maakt dat iedereen elkaar kan helpen, en dat liefst meteen ook wat andere doelen of wensen bereikt;
- haalbaar is binnen normale mogelijkheden.
Kan je daarmee leven, of vind je dat er nog iets ontbreekt? Punt twee en drie zijn natuurlijk een antwoord op het punt dat je aanpak en benadering beter op iedereen gericht kan zijn zodat iedereen zich betroken kan voelen zonder zich aangevallen of veroordeeld de voelen. We vertellen per slot niet meer wat ze niet moeten doen (het negatieve doel) maar wat we graag willen dat ze wel doen (het positieve doel). Dus wat is dat positieve doel nu?
Herformulering van het doel: stoppen met pesten
Ik zou na het bovenstaande kunnen formuleren wat ik wel wil. Laten we het proberen.
Wat ik wil is dat:
- kinderen en leraren een manier hebben om gevoelens, behoeften en gedrag bespreekbaar te maken;
- het veilig is om gevoelens en behoeften te uiten;
- kinderen een manier hebben om problemen die ze met anderen hebben bespreekbaar te maken;
- kinderen kunnen leren en experimenteren op een veilige manier;
- er een manier is om conflicten en botsende belangen vreedzaam op te lossen, waarbij alle behoeften even belangrijk en legitiem mogen zijn;
- fouten gemaakt kunnen worden, en we daaruit kunnen leren;
- kinderen, leraren en ouders een manier hebben om zich in elkaar in te leven en met elkaar te verbinden van hart tot hart (wat je daaronder ook wilt verstaan);
- we elkaar terugkoppeling kunnen geven op een manier die veilig is en elkaars grenzen en behoeften respecteert;
- dat tegenstellingen met woorden worden opgelost, en er vrijheid is voor iedereen om zijn behoeften te vervullen of tenminste bespreekbaar te maken;
- iedereen erbij hoort, een plek heeft en even belangrijk is, en iedereen mag meedoen.
Is dat genoeg antwoord? Is het een concreet positief geformuleerd doel? Zou pesten opgelost zijn als al deze voorwaarden zijn voldaan? Is het een realistisch en werkbaar doel? Voor nu, denk ik van wel.
Als pesten elkaars grenzen en veiligheid doorbreekt, en ik daarom niet wil dat kinderen elkaar pesten, dan zou dit het zeker oplossen en er zou meteen een veel betere situatie ontstaan voor veel andere onderwerpen zijn. Zou je het bovenstaande misschien op veel meer plekken dan alleen op scholen willen hebben? Hoef ik voor het bovenstaande het over pesten te hebben, of kinderen eruit te lichten als boosdoeners? Nee, toch?
Nodig: Een bewezen methode voor gezonde verhoudingen.
Dus aan al het bovenstaande is voldaan, als ik het doel hierboven weet te realiseren. Kan ik op basis van het bovenstaande verder, kan ik het doel vertalen in concrete stappen? Ja, dat denk ik van wel. Ik moet dan alleen op zoek naar een methode die concreet deze doelen dient en realiseert. En ik zoek het liefst een methode die zich al ruimschoots bewezen heeft, en die redelijk eenvoudig is. Bestaan er dergelijke methodes al? Ja, gelukkig zijn er meerdere, en het zal je niet verbazen dat die grotendeels overeen komen.
Selectie uit beschikbare methoden
Ik zou tenminste drie methoden overwegen om pesten op te lossen:
- Geweldloze communicatie (van Marshall Rosenberg)
- De Gordon-methode (van Dr. Thomas Gordon)
- Familieopstellingen of systemisch werk (van Bert Hellinger)
Als ik helemaal grondig wil zijn, kijk ik ook naar NLP (Neuro Linguïstisch Programmeren). NLP is een methode voor leren en communiceren, waarin succesvol gedrag wordt gemodelleerd en op een heel snelle manier wordt gekopieerd. Hierdoor kan iemand heel snel eigenschappen veranderen en succesvoller worden. Via NLP kan je leren hoe je het snelste alles kunt leren, iets wat op de meeste scholen is overgeslagen. NLP is inmiddels uit bijna geen therapie of zelfontwikkelingsmethode meer weg te denken en sommige moderne therapievormen, zoals oplossingsgerichte therapie, zijn eigenlijk NLP onder een andere naam.
Als lichaamsbewustzijn ook nodig is kunnen zachte lichaamsgerichte methoden ook nog ondersteunend werken. Ik denk aan somatic experience of de lichaamsgerichte psychotherapie die is afgeleid van het werk van Wilhelm Reich. Die kan in een vorm worden gegoten die kinderen als spel ervaren en leuk vinden.
Het is zowel in Familieopstellingen (of liever: systemisch werk) en lichaamsgerichte psychotherapie gebruikelijk om te werken met gevoelens, draagkracht en grenzen. Kinderen kunnen daarin op speelse wijze elkaar beter leren kennen en leren hoe grenzen werken.
Over de methoden
Het gaat in het kader van dit artikel te ver om de methoden ook nog verder te beschrijven of uit te leggen, daar zal ik later nog op terugkomen (en je kan altijd contact met me leggen als je hulp zoekt). Voor nu noem ik ze hier alleen maar en vertel dat de eerste twee methoden vooral gaan over communicatie, grenzen en behoeften. Zowel dr Thomas Gordon als Marshall Rosenberg hebben boeken geschreven over omgaan met kinderen en hebben scholen gevormd op basis van hun oplossingen.
Systemisch werk geeft daarnaast inzicht in onderwerpen als “erbij horen”, “een plek hebben”, groepsloyaliteit, de invloed van gezin en familie op het kind, en de dynamiek in groepen.
En NLP gaat overal over, omdat het een soort praktische meta-methode is die zich baseert op modelleren en vooral hypnose (meestal zonder in trance te gaan). Gelukkig hoeft niet iedereen apart te leren modelleren of hypnotiseren, want dat is veelal al gebeurd. Je kunt dus gewoon de praktische manieren gebruiken die al zijn ontwikkeld. En die zijn doorgaans simpel, snel en leuk, en vooral heel effectief.
Elke genoemde methode is een specialisme op zichzelf, maar er is veel uit samen te stellen, en veel ervan is snel en gemakkelijk te leren. Als je ergens wilt beginnen, zou ik adviseren het boek Geweldloze Communicatie van Marshall Rosenberg eens te lezen. Je zou alleen door dit al naar scholen te brengen, veel kunnen oplossen van waar je naar zoekt. De rest is extra. Bijkomend voordeel is dat geweldloze communicatie een breed verspreide en bekende methode is waardoor je gemakkelijk helpende handen en kennis zult kunnen vinden als je ze zoekt.
Geweldloze communicatie leert leerlingen ook een taal waarin ze gevoelens en behoeften kunnen uiten, waardoor ze tegelijkertijd ook meer inzicht ontwikkelen in wat er in hun omgaat, en ze een ander wereldbeeld ontwikkelen. Daarbij is het een speelse methode, die gebruik maakt van handpoppen en andere hulpmiddelen, om het verschil tussen hart en hoofd duidelijk te maken. Oordelen worden gekoppeld aan denken als een jackhals, waar een giraf staat voor een groot warm hart (de giraf heeft een grootste hart van alle zoogdieren). Leren op die manier is herkenbaar en ook leuk.
Introductie Geweldloze Communicatie
Mocht je alvast wat zelfstudie willen doen, dan kan je deze workshop van Marshall Rosenberg over Geweldloze Communicatie eens bekijken. Hij stond op YouTube en leert je in 3 uur de basis met tal van uitleg en voordelen. Je zult er zeker geraakt door worden, en iets leren over veiligheid en het uiten van gevoelens. Samen met het boek is het een mooi startpunt.
In Geweldloze communicatie wordt alles uitgedrukt in termen van waarneming, gevoel, behoefte en een verzoek. Meer dan dat is het eigenlijk niet, maar goed toegepast is het een heel krachtig instrument om harten te openen en relaties te bouwen. Bekijk het eens als je een keer tijd genoeg hebt.
Stappenplan voor gezonde verhoudingen
Als ik me afvraag waar of hoe ik zou starten, dan denk ik een beetje in de volgende richting:
- De doelstelling kies ik zoals hierboven, dus niet richten tegen pesten, maar op gezonde en vreedzame verhoudingen. Ik mag wel pestgedrag als algemeen probleem en aanleiding benoemen, maar daarna ga ik alleen spreken over gezonde verhoudingen en goed omgaan met elkaar.
- Als methode kies ik geweldloze communicatie om mee te starten, en eventueel leen ik naar vermogen ook nog wat uit de andere methoden. Geweldloze communicatie is echter een heldere focus en goed te “verkopen”.
- Als aanpak kies ik een face-to-face-methode waarin ik de voornaamste plek opzoek: de scholen. Het is gemakkelijker om iets op te lossen als er direct contact mogelijk is, dus een aanpak via sociale media of “anti-campagnes” die oproepen om ergens tegen te zijn, laat ik links liggen. Scholen moeten per slot al genoeg luisteren naar mensen uit de ivoren torens.Mijn doel is dus direct contact, waarbij ik zorg dat ik iets praktisch en werkbaars inbreng en dus met cadeaus en oplossingen kom.
- Ik start met de school, en de leraren en vervolgens halen we samen de ouders erbij en pas dan gaan we naar de kinderen.
- Voordat ik naar scholen, leraren, ouders en kinderen ga, zorg ik voor materiaal. Dat kan variëren van publicaties, folders, video’s, boekjes, cursus/trainingsmateriaal, tot wat ik maar wil. Ik kan zelfs als die mogelijkheid er is acteurs inschakelen om rollenspelen te doen, en andere trainers of assistenten regelen voor in de trainingen.
- Allereerst zal ik vervolgens de deur door moeten komen, wat inhoudt dat contact zoek met de verantwoordelijken voor de school en hen wat informatie ga aanbieden of vragen ga stellen. Ik zal daarbij ook moeten kijken hoe het gefinancierd moet worden, en ofwel binnen de mogelijkheden van de school zoeken, ofwel zelf een pot met geld meenemen zodat het gratis is.Mogelijk kan ik ook de politieke kanalen gebruiken voor dat doel, en ondersteunende publiciteit in media zoeken. Steeds opnieuw is dan mijn boodschap dat ik wil bijdragen aan gezonde verhoudingen op school.
- Mijn aanbod zal in eerste instantie snel bewijs moeten leveren, wat inhoudt dat ik in elk geval de leraren en school moet overtuigen, omdat zij vervolgens de ouders erbij kunnen betrekken. Liefst zou ik hierbij de van train de trainer-benadering gebruiken, wat inhoudt dat ik de leraren leer hoe ze het moeten overbrengen en toepassen zodat zij de kinderen en ouders hetzelfde kunnen leren.Ik zou wel met de school afspraken maken over hoe ze dat gaan doen, en terugkom-momenten afspreken waarin de leraren hun ervaringen kunnen delen en hulp krijgen in waar ze nog tegenaan lopen. Bij die afspraken moet ik goed alert zijn op hun mogelijkheden en omstandigheden, zodat ze ook zelf oog blijven houden voor de realiteit. Liever iets langzamer dan een onhaalbaar plan.
- Op het moment dat ik met mensen in contact ga hierover ben ik voorbereid op een hele reeks bezwaren en emoties (de uitingen van behoeften die onvervuld zijn) en zal dus eerst bereid zijn veel “eerste hulp” te geven, wat in geweldloze communicatie betekent dat je goed gaat luisteren naar ze en daarbij geweldloze communicatie gebruikt om hen te helpen hun behoeften te formuleren en zich daarin veilig en (h)erkend te voelen. Als een pijn al langer speelt, kan het eventjes duren eer het voldoende geuit is. Maar het hoeft niet lang te duren, als je het goed doet.Ik moet dus zelf vaardig genoeg zijn om ze op die manier te ontvangen, en zorg ook dat ikzelf genoeg hulp heb om dat te kunnen. Ik hou er daarbij rekening mee dat ik te maken heb met een doelgroep die al erg overvoerd is en verander-moe kan zijn, wat betekent dat er emoties kunnen zijn die te maken hebben met op de tenen moeten lopen en de volgende goedbedoelde methode die van buiten langs gebracht wordt, de frustratie over de zoveelste buitenstaander die denkt het te weten, enzovoort.Wat ik aanbiedt is in eerste instantie een luisterend oor, waarbij ik eerder demonstreer hoe het werkt, dan uitleg ga geven. Als ze merken dat het bij henzelf werkt, dan komt er vanzelf ruimte voor de vraag of ik dat ze wil leren, en dan komt de vraag om te helpen vanzelf ook wel. En eigenlijk is dat ook wat Marshall Rosenberg zelf steeds vertelt in zijn verhalen, waarbij hij het ook heeft gebruikt in vredesonderhandelingen in oorlogsgebieden.De realiteit is dat leraren veel beter weten wat hun behoeften en omstandigheden zijn dan ik dat kan weten, dus is goed luisteren misschien een nederige maar ook zeer nuttige taak-invulling. Het begint met hun behoeften, en daarna kan je verder, niet eerder. Leraren hebben het niet gemakkelijk, dus die verdienen respect.
Hoe het vervolgens verder zal gaan is mede afhankelijk van degenen die ik mag helpen, maar het bovenstaande lijkt me een goed startpunt. Ik hoop dat je er wat aan zult hebben.
✔Deel ✔Reageer ✔Vind ik leuk
Geef een reactie