Ik zie helaas aardig wat gemopper en geklaag hier op internet voorbij komen, en trouwens ook in de media, en ik vraag me net als jullie wel eens af: Wat maakt dat er door bestuurders zo weinig gereageerd wordt op deze klachten?
Als ik de antwoorden lees op die vraag, dan wordt steevast het Calimero-verhaal aangehaald. Dat verhaal van “zij zijn groot en wij zijn klein”. Politici zijn in dat verhaal hun eigen belang aan hen volgen en zijn redelijk corrupt, ook grote bedrijven zijn alleen maar met hun eigen belang bezig. Wij, de kleinen, worden niet gehoord en bediend. Zo gaat het verhaal.
Het volk is voor, de leiders tegen
Je ziet dat ook terug in de lezingen van onderzoekers en opinie-kopstukken, zoals Michael Pollan, die vertelt hij dat 90% van de Amerikanen voor het labelen van GMO’s zijn (genetisch gemanipuleerde ingrediënten), terwijl maar 10% van de senaat voor is.
‘Zij zijn groot, ik is klein’-verhaal
Ik weet dat het Calimero-verhaal hier een onjuist verhaal is, maar het is een hardnekkig onjuist verhaal. Oke, ik sluit zeker niet uit dat politici een eigen agenda hebben, en van bedrijven verwacht ik niet anders dan dat ze hun eigen doelen nastreven, want dat is hun opdracht. Het deel waar ik tegen een onjuistheid aanloop, is dat wij zo klein en machteloos zijn. Dat is namelijk alleen waar, zolang wij slechts klagen en mopperen.
Ouders en leraren reageren net zo
Het is ook precies dat verhaal waar leraren en ouders handig gebruik kunnen maken door een voorbeeld te stellen als meerdere kinderen zich “misdragen” (wat zoveel betekent als hun eigen wil volgen in plaats van de wil van de aangewezen leider). Door dan een kopstuk eruit te halen en openlijk flink te straffen, worden de anderen bang en gewillig. Een spel van alle tijden. Niemand wil degene zijn die gestraft wordt. Maar als de hele klas in verzet gaat, dan kan een leraar weinig doen, en dan zou het zelfs kunnen gebeuren dat de leider zelf moet verdwijnen. Bij managers werkt het vaak zo.
Burgers moeten hun leiders helpen motiveren
Wijzelf weten dat klagen en mopperen niet de leider motiveert tot verandering, omdat wijzelf precies zo reageren wanneer onze kinderen klagen over het naar bed moeten of bedelen om een snoepje. We negeren ze zolang we kunnen, of drukken het verzoek met enig geweld de kop in. Althans dat is de traditionele reactie. En zo hebben ook wijzelf van onze ouders en leraren “geleerd” dat we klein zijn ten opzichte van de groten en sterken. En zolang het bij mopperen en gehoorzaam meedoen blijft, heeft het eigenlijk nooit het gewenste effect. Niet thuis, niet in de economische markten, en niet bij de politici.
Passieve burgers, vrije leiders
De oorzaak van inactie, of “verkeerde” keuzen, bij de bestuurders, ligt daarom niet bij de bestuurders, maar ligt hier bij ons, het ligt bij degenen die onder het bestuur vallen. Het ligt bij ons de klagers, wij die zo verdeeld en passief zijn dat we elkaar niet vinden in een effectieve respons. En wanneer iemand al probeert een coalitie te vormen, dan blijft het doorgaans bij praten of wordt gewoonweg niet op de oproep gereageerd. Maar wie motiveert en richt dan onze leiders?
En als er al actie echt wordt georganiseerd, dan blijkt meestal de opkomst marginaal in verhouding tot de omvang van de door een onderwerp geraakte groep. Gelukkig kunnen camera’s slimme opnamen maken waardoor het groter lijkt dan het werkelijke aantal, want anders waren de meeste acties niet erg indrukwekkend. Gemopper vertaalt zich eigenlijk zelden in grootschalige (re)actie, en dus hoeven politici en leiders eigenlijk niet zo heel bang te zijn.
Wij zijn duidelijk: dit is niet zo belangrijk
De manier waarop wij (eigenlijk niet) reageren, brengt heel duidelijk de boodschap dat wij eigenlijk het probleem gewoonweg als niet groot genoeg ervaren. En ons “eigenbelang zorgt er vervolgens voor dat we gewoon doorgaan met dat wat van ons verwacht wordt. Consumeren, kopen, werken, en wat ook meer. Ploeteren voor het succes van ons eigen bestaan, of voor de succesvollen: scoren. Die laatsten hoor je trouwens zelden openbaar klagen, die wachten tot het hen uitkomt.
Het thema waarover we mopperen is daarmee voor de bestuurders een onderwerp waar ze alle kanten in mogen kiezen, en daarmee kan het onderwerp wisselgeld worden om steun te krijgen in een ander, meer belangrijk, thema. En dat wij mopperen daar zullen ze in hun woorden wat geruststellen of diplomatiek op proberen te reageren in de publieke arena (media) en verder blijft het bij wat ze zelf besluiten (oftewel onderling afspreken). Natuurlijk heeft de burger dan het gevoel niet bedient te worden, maar de burger vergeet hoe machtig hij is.
Gebrek aan leiderschap
Het is denkbaar dat onze verdeeldheid en passiviteit komt doordat er nog geen inspirerend leider is opgestaan. Een inspirerend leider zoals Gandhi in zijn tijd was, die ons een richting toont. Maar het is nog maar de vraag of we al bereid zijn om die leider te volgen. Het is even waarschijnlijk dat we, door onze lange periode van welvaart, nog zo verwend, en een beetje actie-lui, zijn geworden dat we bereid zijn de politici nog hun spel te laten spelen. We vertrouwen erop dat consequenties nog genoeg in de marge zijn dat we ermee kunnen leven.
De muis waant zich koning
De leeuw slaapt nog, of zoals zo je wilt de olifant, en de muis kan zich koning wanen. Want laten we wel zijn, het aantal politici is vele malen kleiner dan het aantal burgers, en elke vier jaar moeten ze weer toestemming vragen aan die burger om hun baan te mogen behouden. Dat er onvoldoende keuzen zijn bij die verkiezing, is trouwens evenzeer te wijten aan de burgers die niet bereid zijn om zichzelf op te werpen als de volgende generatie politieke leiders. Per slot leven we in een democratie, en daarin kan elke burger leider worden als hij wordt verkozen.
Anderen het vuile werk laten doen
Laat anderen de kolen maar uit het vuur halen, is misschien een logische gedachte. En al die kinderen die hun nek weer onder het maaiveld wegstoppen als hun voorman wordt “terechtgesteld”, denken precies dat. Zij willen uit de problemen blijven, zeker nu ze de hardheid van de reactie hebben ervaren. En dat is precies wat de leider wilde, want die wist dat hij alleen kon ontmoedigen en afschrikken maar geen verweer had tegen een opstand van de hele groep. Dan is het maar een enkele leider tegenover een meute.
Het is niet zozeer dat we de onderwerpen waar we over mopperen onbelangrijk vinden… we vinden andere zaken gewoon belangrijker.
Momenteel hoeven politici nog niet zo bang te zijn. We willen graag dat onze voorkeur gevolgd wordt, maar we vinden dat ook nog niet zo belangrijk dat we samen met miljoenen anderen strijdbaar naar het malieveld trekken. Het wordt anders als we massaal naar de tweede kamer gaan en daar blijven staan tot onze stem gehoord wordt, en tot er maatregelen worden genomen.
Kiezen voor wat je belangrijk vindt
Maar dat hebben we nog niet gedaan. En als het weer verkiezingsstrijd is, dan zullen we waarschijnlijk kiezen voor diezelfde vertrouwde partij waar we zo op mopperden. En we zullen ons dan vasthouden aan een aantal thema’s die we belangrijk vinden en waar ze de juiste doelen stellen, en accepteren dat ze in andere thema’s iets doen wat we niet willen. We zullen accepteren dat ze nadien moeten onderhandelen en veel niet bereiken, want we hebben het eigenlijk nog niet slecht genoeg, en veel thema’s zijn technisch en complex. Stabiliteit boven revolutie.
Zolang wij alleen maar klagen en geen collectieve actie nemen, blijft het gemakkelijk voor politici. Zolang wij blijven kiezen voor industrievoer, blijft het gemakkelijk voor Monsanto en andere bedrijven om door te gaan met hun ongezonde praktijken. Als wij het niet belangrijk genoeg vinden om te vertealen in daden, en alleen maar praten en delen, dan is het slechts emotie die een uitweg zoekt, en dan zijn politici en bedrijven slechts een zondebok om op te mopperen.
De slapende leeuw
Maar als de Leeuw(in) ontwaakt, als de olifant wakker wordt en opstaat, dan is het een ander verhaal. Dan creëert een opstand een crisisoverleg en maatregelen, en actie terug. Want dan staan 16 miljoen mensen tegenover een paar honderd bestuurders.
Tot nu toe slaapt de reus echter, en brult er geen leeuw, trompettert geen olifant, en blijft alles redelijk vrij voor bestuurders om hun eigen keuzen te maken. Zolang wij nog steeds klagen en niet handelen, is er nog steeds voor hen geen aanleiding om te veranderen, omdat klagen niet de consequentie is waar zij bang voor zijn. Door te klagen geven we slechts onze voorkeuren aan, maar door te kiezen en handelen geven we keuzen aan. En voorkeuren zijn soms ook van ons uit slechts een masker, omdat we ook weten dat alles een prijs heeft en we misschien niet altijd die prijs willen betalen.
Als de leeuw brult dan reageert de leider
Maar Calimero zijn we alleen als we onszelf klein denken. Want als de leeuw brult, dan reageert de bestuurder. Want hij weet dan dat het menens is. Tot dan is het misschien goed als we onze verantwoordelijkheid nemen en aanvaarden dat we zelf schuldig zijn aan wat we krijgen. Dan hoeven we niet meer te klagen, want dat geeft toch alleen maar een rotgevoel, en dan kunnen we besluiten om te handelen als we willen dat iets echt veranderd. Laat de leeuw maar brullen, en ga met kracht en overtuiging naar de bestuurders als je het echt wilt.
Geef een reactie