Als je mijn teksten wat volgt, dan weet je dat ik regelmatig naar het begrip volwassenheid grijp en dat vervolgens spiegel aan kind blijven. Voor het werk dat ik doe is het belangrijk om inzicht te hebben in wat het betekent om volwassen te zijn en omgekeerd daarvan natuurlijk ook de herkenning van het kind. Anders gezegd: Wat maakt een volwassene eigenlijk en hoe herken je het kind? Daarover, en een beetje meer, gaat dit artikel. Tipje van de sluier: voor mij heeft het niets te maken met leeftijd.
Onderzoek naar volwassenheid
Het woord volwassenheid vertelt ons dat iets of iemand tot volle wasdom is gekomen, dat het volgroeid is. Het impliceert een ontwikkeling van geboorte naar volwassenheid, een groeiproces. En onmiddellijk ligt de vraag op tafel: Wat betekent het eigenlijk om tot volle wasdom te komen als mens? Wat zijn de eigenschappen van een volgroeid mens die een onvolgroeid mens nog aan het ontwikkelen is?
Menselijk potentieel, wat is dat eigenlijk?
We spreken van ons menselijk potentieel, maar waaruit bestaat dat volwassen potentieel dan precies? Hoe onderscheidt het zich bijvoorbeeld van die andere staat, het kind zijn? Wat verliest het kind richting volwassenheid en wat wint het? Hoe veranderen de ervaringen en omstandigheden op de reis van kind naar volwassene? Interessante vragen voor iemand als ik.
Geen stereotype maar een unieke vorm
Nu loop ik het risico om snel in stereotypen te vervallen wanneer ik dit soort vragen probeert te beantwoorden en dat is ook enigszins onvermijdelijk. Zoveel mensen, zoveel meningen, dus wat ik je hier geef kan niet meer zijn dan een werkbaar model vanuit het perspectief waaruit ik werk. Het einddoel van het model is een stabiel, ‘stevig’ en zelfstandig mens met een unieke en volstrekt eigen vorm en vrijheid.
Probeer het gewoon eens uit
Volwassenheid heeft dus een eigen vorm die uniek is voor de persoon, geen universeel keurslijf, ook al is er zoiets als een blauwdruk die ons mensen wat onderscheid van andere levensvormen. Besef gerust dat het allemaal niet zo heel zwart-wit of dogmatisch is en probeer dan deze manier van kijken gewoon eens uit om te kijken waar je uitkomt. Open nieuwsgierigheid is altijd een mooi uitgangspunt.
Kernkwaliteiten van volwassenheid
Met het bovenstaande heb ik je eigenlijk al een paar kernkwaliteiten of eigenschappen gegeven van wat het volgens mij betekent om een volwassen mens te zijn. Volwassenheid heeft dus kwaliteiten als stabiel, stevig, zelfstandig, unieke en vrijheid en heeft voor elk mens een eigen vorm. Dat is niet niks.
De geboorte van een nieuw mens
Wij mensen hebben een voor evolutionaire begrippen enorm brein, zo groot dat het bij de geboorte van een mens niet eens volgroeid is omdat anders (door het enorme hoofd) de natuurlijke geboorte niet eens meer mogelijk zou zijn. Het is ook nu al een huzarenklus voor het vrouwelijk lichaam. Het is goed om met dat aspect te beginnen.
Opgroeien is vooral een reis van versmelting naar toenemende autonomie. Versmelting is de baarmoeder, de beschermde eenheid of symbiose met je moeder (die je ooit was), en de herinnering daaraan zit diep en is onbewust gekoesterd.
We doen er heel wat jaren over om helemaal uit de baarmoeder te komen en de wereld erbuiten in te gaan. Een waardevolle reis naar jezelf.
Hulpeloos, afhankelijk, heel kwetsbaar en vooral onafgemaakt
Lichamelijk is een pas geboren kind niet alleen volstrekt hulpeloos en afhankelijk van de zorg van zijn ouders en hun stam, maar het lichaam zelf is in heel veel opzichten ook nog volstrekt onvolgroeid. Mensen worden voor zoogdier-begrippen eigenlijk veel te vroeg geboren, vandaar ook de hulpeloosheid van de baby. Het zenuwstelsel heeft nog veel tijd nodig om zich op alle delen van het lichaam verder aan te sluiten en ook de hersenen zelf maken nog grote veranderingen door.
Hoe kan zo’n hulpeloos en onhandig kind ooit overleven?
Het is daarom een wonder dat een zo hulpeloos wezen het zo lang heeft gered in een door roofdieren en andere dodelijke wezens bevolkte natuur. Het pas geboren kind kan zijn hoofd niet eens dragen, raakt sneller onderkoeld dan je een deken kan pakken, heeft vele maanden nodig voordat het zelf kan staan, en eer het zichzelf enigszins tegen gevaar kan beschermen spreken we over jaren. Elk ander zoogdier moet al binnen minuten na de geboorte kunnen staan en lopen, het kan en weet dus al veel meer dan een pas geboren mensenkind.
Weerloos en zwak menselijk lichaam
Wat maakt ons dan zo succesvol? Ons fysiek? Nee. De mens heeft geen noemenswaardige vacht om zich te verwarmen, geen scherpe klauwen om mee te doden, geen gewei of ander ingebouwd wapen om mee te vechten, en een beet van onze tanden zou alleen een heel klein en weerloos dier echt kwaad kunnen doen.
We zijn te klein om met onze omvang te imponeren, te zwak om het van een groot roofdier of zelfs van kleinere roofdieren te winnen, en te langzaam om snel genoeg weg te zijn. We kunnen herrie maken en klimmen, dat wel, en we kunnen een stok pakken, maar in de huidige tijd is zelfs ons immuunsysteem gecompromitteerd, om van de fysieke conditie van de meeste mensen maar te zwijgen.
Beperkte zintuiglijke waarneming
Zijn we dan goede waarnemers? Niet echt. Onze zintuigen vallen in het niet bij de waarneming van een gemiddeld roofdier, en we kunnen ook niet harder rennen dan zij. Puur lichamelijk zijn we dus zonder twijfel vrij weerloos in onze natuurlijke leefomgeving. We zijn ook geen specialisten, zoals veel dieren. Specialisten blinken uit in hun veld, en puur lichamelijk blinken wij bepaald niet uit, of het moet zijn als lekker kluifje voor een vleeseter.
Laag geboortepotentieel
Zulk weerloze diersoorten hebben in de natuur soms een strategie van overvloedig nageslacht om de sterfte te compenseren, maar ook daarin blinkt de mens bepaald niet uit. Ons geboortepotentieel ligt op ongeveer een kind per jaar gedurende de vruchtbare jaren van een vrouw.
Biologisch zal een vrouw in haar hele leven misschien hooguit 30 kinderen baren, als ze zover al komt. Dat maakt het overleven van elke geboorte ontzettend waardevol en kwetsbaar voor het voortbestaan van de menselijke soort. Nu kunnen we ons permitteren om gemiddeld 2,4 kind per gezin te hebben, over succes gesproken. Wij heersen, ondanks alle obstakels die we moesten overkomen.
De gevaren van zwangerschap
De zwangere vrouw wordt naarmate haar zwangerschap vordert zelf meer en meer weerloos door de relatieve enormiteit van het kind in haar, en heeft dus in toenemende mate verzorging en bescherming nodig om te overleven.
De gevaren van geboorte
De geboorte zelf is een gevaarlijk moment voor zowel moeder als kind. Tijdens en direct na de geboorte van haar kind, is de vrouw nog kwetsbaarder dan ze al was en een gemakkelijke prooi voor jagers. Zonder de bescherming van een groep…
Groepsvorming en zorginstinct als evolutionair voordeel
Evolutionair bekeken allemaal enorme nadelen en het zegt dus veel over de kracht van ons enorme brein dat we ondanks dergelijke dodelijke nadelen zo succesvol hebben kunnen overleven, zelfs floreren. Natuurlijk leven we instinctief, net als veedieren en bijvoorbeeld apen, in groepen en vinden enigen bescherming in aantallen, dus helemaal weerloos waren we misschien niet, maar kwetsbaar zijn we zeker.
Het dodelijkste wapen is ons brein
Gelukkig blijkt ons brein tot nu toe het dodelijkste wapen van alle wapens in de natuur. Ons brein maakt ons bijna onaantastbaar voor alle andere levensvormen. Wij domineren landschap en dierenrijk, zelfs evolutie als we daar zin in hebben. We zijn levensgevaarlijk en oppermachtig. Geef ons tijd en we overwinnen alles, inclusief onszelf.
Of liever: de machines en oplossingen die we bedenken en bouwen zijn oppermachtig. Zij waren onze dienaren, maar uiteindelijk zullen zij ook ons vervangen in al onze functies en aspecten. Misschien zijn we wel te slim en verliezen de overlevingsrace door ons eigen handelen. Overmacht komt met arrogantie (wat weer zijn eigen vorm van domheid brengt).
De ideale mierenkolonie
Wat ons zo weergaloos machtig maakt is ons vermogen tot conceptueel denken, denken in fictieve werkelijkheden, zoals hallucinaties. Als je dat combineert met een sociale structuur die gebaseerd is op overdracht, samenwerking en specialisatie, dan heb je de reuzenversie van een zeer complexe ideale mierenkolonie.
Elk mens draagt iets bij aan alle andere mensen, en ook nadat iemand al lang is overleden kunnen alle mensen nog leren van wat er is overgebleven van zijn leven, kennis en zijn kunde. Welk ander dier heeft deze bewuste mogelijkheid? De mens beschikt daarmee over een bijna Goddelijk vermogen, niet als individu maar als soort.
Wonderbaarlijk lichaam
Ons lichaam is een geweldig wonder. Niet alleen moeten de hersenen en ons zenuwstelsel nog enorme ontwikkelingen doorlopen nadat een kind geboren is, ook de rest van het lichaam ondergaat metamorfoses eer het zelfs compleet is. Daarna moet het nog opgroeien naar een sterk, groot en vruchtbaar volwassen mensenlichaam. Dat komt echter pas later.
De eerste ademteug van een mens
Wist je dat direct na de geboorte de eerste ademteug samengaat met een omschakeling in de bloedsomloop waarin de aderen die naar de navelstreng gingen heel snel worden afgesloten en de kleine bloedsomloop (de circulatie van het hart naar de longen en terug) voor het allereerst in gebruik wordt genomen? Tot de eerste ademteug was het kind een onderwaterdier met de navelstreng als levenslijn voor zowel zuurstof en voeding. Het voorbeeld voor de diepzeeduiker.
Nog veel te doen
Die eerste ademhaling is een heel cruciaal moment in het leven van een nieuwgeboren mens. Opeens moeten alle organen voor het eerst hun werk gaan doen, en zich verder ontwikkelen tot wat ooit een volgroeid exemplaar van een mens zal zijn. Het zal je niet verbazen dat in de jaren na geboorte er nog veel programmering in dat brein nodig is om dat volle vermogen te ontwikkelen.
Leren hoe gebreken en zwakten te compenseren
Onze kracht zit in ons leervermogen en ons vermogen om hulpmiddelen te maken waarmee we onze overige gebreken en zwakten compenseren. We leren heel snel en gemakkelijk, en niet alleen van onszelf maar ook door af te kijken en kopiëren.
Conceptueel denken
We hebben complexe taal en manieren van overdracht ontwikkeld en hebben tijd en afstand leren beheersen en zelfs een besef van onszelf ontwikkeld, wat betekent dat we een innerlijk model van de wereld kunnen maken waarin we nieuwe mogelijkheden kunnen uittesten zonder het eerst in de wereld te hoeven bouwen.
Wij denken in concepten en ordenen waarnemingen als geen ander, en maken innerlijke simulaties van niet bestaande werkelijkheden.
Zelfs een klein kind kan conceptueel denken
Uiterst geavanceerd denkwerk voor een brein en zeer indrukwekkend! Wat meer is, zelfs een klein kind kan het al en op het gebied van leren zijn er geen snellere leerlingen dan jonge kinderen. Dat moet ook wel, want ze hebben veel in te halen. Wat een genot om mens te zijn. Je zou dat volle wasdom echt willen ervaren, puur om te ontdekken wat er mogelijk is. Althans, dat zou je toch verwachten als je dit zo leest.
Kind zijn heeft belangrijke voordelen
Het zal je misschien verbazen, maar we houden ontzettend vast aan de voordelen van kind zijn (denk aan verzorging, bescherming, de vrijheid om je egoïstisch, wispelturig en onredelijk te gedragen), zozeer zelfs dat velen van ons hun leven lang kind willen blijven.
Dat kind blijven lukt velen ook, in elk geval gedurende heel veel meer jaren dan wij ze nog kind achten. We herkennen het misschien in onze baas, maar in onszelf willen we altijd graag de volwassene zien terwijl we toch ook kind blijven.
De volwassene blijkt niet altijd volwassen
Velen, die ogenschijnlijk heel volwassen doen, blijken heel snel hun innerlijke kinderlijke staat weer te tonen wanneer ze stress ervaren. Stress komt als iemand in onbekende omstandigheden komt die hij nog onvoldoende beheerst. In dat geval schieten de normale manieren van omgang soms tekort en valt een mens terug op methoden die het als kind gebruikte en die toen werkten.
Stressmomenten laten symptomen van het kind zien
Een ‘volwassene’ kan dan opeens alle beheersing verliezen en gigantisch en onredelijk herrie maken om te krijgen wat het wil, wat steevast neerkomt op bescherming en/of verzorging. Anderen doen een vergelijkbare oproep, maar met wat minder herrie, door te slachtofferen, zichtbaar slecht voor zichzelf te zorgen, tegen te hangen, of gewoon bang weg te kruipen en lokken daarmee de verzorgers (helpers) om hen ‘terug te halen’ uit de stress en te pamperen. Beiden verwachten een aanpassing van hun omgeving naar een meer bekende en dus veilige staat. En zolang het werkt…
Nadelen van volwassenheid
Volwassenheid is ook niet gemakkelijk. Het heeft veel schijnbare nadelen waardoor we het niet ambiëren, niet echt. We hebben onze ouders gezien in hun rol naar ons en naar de buitenwereld, en ofschoon we ooit zo wilden zijn, is er ook iets in ons dat zich daartegen verzet, iets dat het gemakkelijker wil hebben dan zij het hadden, iets dat hun verantwoordelijkheid en rol niet wil overnemen.
Liever blijf ik kind
Liever blijven we kind, speels, onderzoekend, vrij van zorgen, vrij van verantwoordelijkheid en plichten, lichtvoetig, spontaan en emotioneel. Desnoods doen we wat we moeten, en ons ego wil graag de erkenning van volwassenheid, maar innerlijk lijven we liever kind. Het leven is gewoon beter als je kind bent. Volwassenheid is saai, zwaar en vervelend, en dan sta jij alleen en moet ook nog zorgen voor anderen.
Oude openstaande rekeningen
Veel mensen van volwassen leeftijd zijn ook nog erg boos op hun eigen ouders, boos op wat ze van hun ouders hadden moeten krijgen. Ik noem dat wel een openstaande rekening, maar onder die rekening zit een groot gemis dat het kind deed stagneren in zijn ontwikkeling.
Gunstige tijd voor oudere kinderen
Gelukkig leven we in een tijd waarin we ons kind zijn behoorlijk lang kunnen volhouden. We verheerlijken massaal jeugd en jong zijn, en alle kwaliteiten die daarbij horen, terwijl we andersom de kwaliteiten van levenservaring en ouderdom negeren en ontkennen tot we zelf oud genoeg zijn om zelf genegeerd en miskend te worden.
Verliefde op jeugdige kwaliteiten
Wat zijn de jeugdige kwaliteiten die we zo begeren? Energie, bijvoorbeeld, levenslust, snelheid, onstuimigheid, vrijheid, speelsheid, lichtheid, openheid, onbevangenheid, gemak, onschuld, uitbundigheid, leergierigheid, enthousiasme, seksualiteit en ambitie, en dat alles gecombineerd met een slank, gezond en sterk lichaam, zijn allemaal kwaliteiten die vanzelfsprekend als jeugdig worden gezien. Jeugd vibreert van levensenergie, vruchtbaarheid en mogelijkheden, en de liefde voor beiden is evolutionair in ons verankerd.
Wie wil er niet jong en onschuldig blijven?
Als bijna alle waarden van deze tijd typische eigenschappen zijn van jeugd, van het kind, wie wil er dan nog volwassen zijn? Niet echt veel van ons, de meesten wordt volwassenheid eerder opgedrongen door omstandigheden dan dat we ervoor kiezen.
Schijnvolwassenheid: het aangepaste kind
In dat geval is het natuurlijk ook maar de vraag of het echt volwassenheid is of slechts een aanpassing van het kind aan moeilijke omstandigheden. Je komt daar snel achter als je het kind hoort praten. Het kind ervaart volwassenheid als een last en zal dus vooral slachtofferschap communiceren en daarvoor daders aanwijzen.
Zijn verhaal gaat vooral over overmacht en hoe hij gedwongen is, en de toon zal vol emotie zijn. Al snel zal hij op zijn tenen lopen en zuchten en steunen. Het kind moet volwassen spelen maar is slechts nog een kind.
Volledige afhankelijkheid van omgevingsfactoren
Het kind ontbreekt eigen keuze, ontbreekt mogelijkheden en ontbreekt emotie-stabiliteit en echte draagkracht, omdat het daarvoor in wekelijkheid helemaal afhankelijk is van de omgevingsfactoren. Een dergelijk kind leeft daarom vooral in angst, onmacht en boosheid.
De ontdekking van het kind in de volwassene
Een kritisch oor zal snel de waarheid ontdekken dat het kind zich afkeert van verantwoordelijkheid, niet bereid is om risico te nemen of iets te offeren, en onschuldig probeert te blijven door elk eigen aandeel te vermijden. Wat het kind hier verlangt is een betere ouder die het komt redden. Het heeft de grenzen van zijn eigen vermogens bereikt of al overschreden.
Volwassen stabiliteit vraagt vaardigheden
Opgroeien tot volwassenheid is vooral een opgroeien naar innerlijke volwassenheid en emotionele stabiliteit, en dat betekent ook een mate van innerlijke en uiterlijke vaardigheid die het mogelijk maakt om uit voldoende innerlijke hulpbronnen te putten in plaats van uitsluitend te vertrouwen op gunstige omstandigheden.
Harmonie met je oorsprong
Dit opgroeien kan alleen plaatsvinden als het kind in voldoende harmonie is gekomen met zichzelf en zijn oorsprong en de innerlijke strijd daarmee tot rust is gekomen. Zolang het kind strijd wordt zijn wil en draagkracht uitgedaagd en kan het weinig erbij hebben.
Keuzevrijheid door draagkracht
De bereidheid om schuld (voor het eigen aandeel) te erkennen en dragen, consequenties te aanvaarden van eigen keuzen, en verantwoordelijkheid te dragen, zijn noodzakelijke elementen van volwassenheid en geeft de volwassene meer keuzevrijheid dan een kind in dergelijke omstandigheden zou hebben.
Het kind is afhankelijk in zijn vrijheid
Het kind kan geen vrije keuze meer maken als het in eisende omstandigheden terecht komt of in omstandigheden waarin ongewenste consequenties dreigen (beide stressvol voor het kind). Dan reageert het zoals het naar de ouders reageert en gaat aanpassen of rebelleren (een contra-aanpassing).
Het kind eist hulp en verzorging
Het kind verwacht eist en verwacht van de ouders dat ze veiligheid, verzorging en vrijheid herstellen en kan behoorlijk krijsen om te krijgen wat het wil. Het leven van een kind is bepaald niet gemakkelijk. Het leven van een ouder ook niet, en ondankbaar bovendien.
Ouderprojecties
Voor het oudere kind kan zijn ouder ook de vorm krijgen van een overheid of instantie, een werkgever, of zelf iets onpersoonlijk als de maatschappij, de rijken of het geldsysteem of wat te denken van het nog vagere en grotere kapitalisme of communisme (Wie zijn dat eigenlijk?) en uiteindelijk natuurlijk de ultieme ouderprojectie: de oervader God en de oermoeder Aarde (of Universum, of Kosmos, of Natuur).
Ons enorme brein projecteert wat af en is vervolgens gefascineerd door zijn eigen creaties. We leven in een bijna voortdurende hypnose van onze denkbeelden. En ja, ook de therapeut krijgt snel de projectie van “betere ouder” op zich geplakt. We houden erg van onze baarmoeder.
Partners zijn onze favoriete surrogaat vaders of moeders
Merendeels zoeken we onze ouder in de partnerrelatie, onze partner krijgt als startpunt al onze verwachting van de ideale moeder of vader in de schoot en dat beeld omvat alle gefrustreerde behoeften en het gemis dat we hebben. Geen wonder dat het later flink kan tegenvallen.
Met alle projecties is het een wonder dat we de mens die onze partner is überhaupt kunnen herkennen. Omdat we eigenlijk onze eigen vader of moeder zoeken, moet deze surrogaat-ouder dus altijd teleurstellen naarmate deze als mens meer zichtbaar wordt en de projectie steeds minder houdbaar blijkt. Geen mens past in een projectie. Relaties zijn daarom niet gemakkelijk.
Volwassenheid geeft keuzevrijheid
De volwassene kiest zelf uit zijn opties, inclusief hun consequenties, en draagt de zorg voor zichzelf en degenen voor wie hij verantwoordelijkheid heeft aangenomen. Als een volwassen mens iets nodig heeft uit de omgeving dan neemt hij passend actie om dat te verkrijgen, en zal zelf alternatieven ontwikkelen voor de obstakels op zijn pad.
Kinderen vermijden hulp te vragen en verwachten alles voor niets
Een volwassene vraagt vaak gemakkelijker om hulp dan een kind (die soms door koppigheid, gene of angst wordt tegengehouden), en zal voor wat het ontvangt ook een prestatie willen terugbetalen. De volwassene heeft genoeg levenservaring om niet langer verzorging en de eigen onschuld te verwachten en om wederkerige relaties en transacties aan te gaan.
Volwassenen rekenen op leergeld en fouten
Volwassenen zullen aanvaarden dat ze soms leergeld betalen en fouten maken, en zijn ook daarin meer verantwoordelijk en berustend. In een mens die tot volle wasdom is gekomen zou je gebruikelijk meer draagkracht, vrijheid, verstand en stabiliteit kunnen vinden.
Wispelturig en ongrijpbaar kind
Het kind, anderzijds, is springerig en probeert te vermijden dat het ergens op aangesproken wordt of vastgepind. Het is vooral bezig met zijn eigen plezier in dit moment, en vergeet en negeert met groot gemak afspraken, opdrachten en verantwoordelijkheden. Uiteindelijk doet het slechts waar het zin in heeft, en laat je weten wanneer het dat niet heeft.
Het kind heeft personeel
Voor verantwoordelijkheid en consequenties heeft het kind zijn personeel (ouders die daar meestal natuurlijk niet intrappen).
Volwassen tijdreizen om te planen en leren
Een volwassene heeft dat gedrag lang genoeg geleefd om te weten dat keuzen consequenties hebben. Volwassenen hebben ook zicht op hoe gebeurtenissen en keuzen zich kunnen ontwikkelen. Ze leven daarmee niet helemaal meer in het nu, maar tijdreizen ook naar verleden en toekomst om te evalueren en om plannen te maken.
Emotiestabiliteit als volwassen eigenschap
Omdat ze langer met hun emoties samenleven en daar inmiddels enig inzicht in hebben gekregen zullen volwassenen vaak stabieler zijn in hun emoties. Dat is nodig omdat betrouwbaarheid in de wereld verlangt dat je een bepaalde omgang hebt met je eigen emoties. Volwassenheid vraagt enige zelfbeheersing en enige draagkracht in het contact.
Kritiek kan je een kind niet aandoen
Je mag een volwassene gerust aanspreken op gedrag, bij een kind mag dat meestal niet. Dat komt deels omdat kinderen vaak nog geen onderscheid maken in hun gedrag en hun identiteit. Afkeuring van hun gedrag is dan erg bedreigend omdat het vertaald wordt in een afkeuring van henzelf, en ouders die afkeuren laten het kind in onveiligheid achter. Voor het kind is kritiek daarom een kwestie van leven of dood, zelfs als het oud genoeg is om beter te weten.
Kinderen zijn snel angstig en diep gekwetst
De weg van kind zijn is doorgaans geen weg van rozengeur en maneschijn, mar eigenlijk heel angstig en kwetsbaar. Kinderen kunnen snel diep gekwetst worden, en begrijpen hun wereld nog niet zo. Ook zijn kinderen erg overmoedig en nemen snel een te grote last op zich waaronder ze vervolgens bezwijken, maar niet voordat ze heel lang zwoegen en ploeteren.
Kinderlijke hoogmoed
Kinderlijke hoogmoed naar de ouders komt vaak voor in familieopstellingen. Soms is het kind uit liefde en kinderlijke overmoed een zwaar lot van zijn ouders gaan dragen en bezwijkt daar zo ongeveer onder. Dergelijke dynamieken zijn vrij eenvoudig te herstellen als de ouder eenmaal genoeg aanwezig kan zijn.
De onderbroken uitreiking
Een heel andere dynamiek is een poging van het kind om zijn gemis niet meer te voelen. Dergelijke dynamiek ontstaat bijvoorbeeld als een ouder door een aanspraak uit het familiesysteem niet genoeg ‘beschikbaar’ was om aan de behoefte van het kind aan warme aandacht, steun en verzorging te voldoen.
Boosheid verdooft de pijn van onbeantwoord uitreiken
Als het uitreiken naar de ouder vervolgens zo pijnlijk voor het kind wordt dat de draagkracht tekort schiet en het boosheid gebruikt om te verdoven (waarbij het zijn ouders aanklaagt dat ze geen goede ouders zijn geweest) dan verschuift het daarmee van zijn kind-plek af en wordt een soort ouder van zijn ouders.
Het kind geeft zijn ouders op
De tragiek van deze dynamiek is dat, door het opgeven van zijn kind-plek, het kind beide ouders is kwijtgeraakt. Het staat daar helemaal alleen op zijn hoogmoedige plek en heeft niet eens meer door hoe eenzaam het daar eigenlijk is. Als begeleider zal ik daar dus eerst bewustzijn in brengen door de eenzaamheid meer voelbaar te maken.
Opnieuw uitreiken naar de ouders
Om de dynamiek op te lossen moet het kind zijn hoogmoedige plek opgeven en daarom eerst zijn gemis weer voelen. Het kind moet weer kind willen zijn, de kleine, in een relatie tot de grotere ouder. En vanuit dat klein zijn en de eigen kind-plek kan het dan opnieuw uitreiken en ervaren dat het nu wel beantwoord wordt.
Vertrouwen dat de uitreiking beantwoord zal worden
Het kind heeft vertrouwen nodig in de beschikbaarheid en steun van de ouder en heeft een slechte herinnering aan het tegendeel. Dat is moeilijk voor elk kind in die positie, en blijkt onmogelijk voor sommigen. Sommige kinderen verkiezen de bekende pijn van hoogmoedige eenzaamheid en wrok boven het voluit voelen van hun gemis en kwetsbaarheid. Voor hen was het te groot om nog terug te keren (“Liever blijf ik boos”).
Vasthouden aan koppigheid: Liever lijf ik eenzaam en boos
Het is tragisch als de ouder in een opstelling zichtbaar beschikbaar is en het kind houdt koppig vast aan zijn hoogmoedige positie. De ouder kan niet helpen omdat het kind zelf alleen zijn hoogmoed kan opgeven. Adequate begeleiding is in dat geval heel belangrijk en kan de bedding geven die het kind helpt het toch te doen. Weten wanneer de stap mogelijk is, behoort tot de vaardigheid van de begeleider.
De keuze voor een begeleider doet ertoe
Belangrijk is dat de begeleider weet wanneer het ook echt klopt, en niet slechts een beweging om de beweging is. In mijn ervaring neemt dat ook echt nauw en is het soms beter voor het kind om de stap niet toe te staan tot het echt klopt, tot het verlangen naar de kind-positie groot genoeg is om echt weer uit te reiken. Groot zijn in zelfgerechtvaardigde boosheid kan te aantrekkelijk blijken voor het kind, ondanks de enorme prijs ervan.
Ik heb gelukkig veel goede ervaringen ermee, en zeg daarom wel eens dat mijn werk vooral is om kinderen weer met hun ouders te helpen verbinden. Ik kan me ook geen mooiere taak voorstellen dan dat.
Overgangsrituelen op weg naar volwassenheid
Traditioneel werd een kind naar volwassenheid begeleid door een aantal overgangsrituelen, maar net als volwassenheid zijn die nauwelijks nog van betekenis in onze tijd.
Overgang van kind naar pubertijd
De overgang van kind naar pubertijd is ooit een belangrijke overgang geweest, waarop het nu vruchtbare meisje opgenomen wordt in de volwassen vrouwengemeenschap en het ook geslachtsrijpe jongetje deel wordt van de volwassen mannengemeenschap. Beiden nog aan het opgroeien om later de volwassen man of vrouw te kunnen zijn, maar beiden geen echt kind meer.
Het ritueel heelt psychische pijn via fysieke pijn
De psychische pijn van het verlies van het kind zijn wordt in zo’n ritueel vaak fysiek gemaakt waardoor het sneller heelt. In die pijn zit ook de verbinding met de mannen en vrouwen die de jonge man of vrouw nu ontvangen en die ook het ritueel hebben ondergaan. Vanaf nu zal het kind minder verzorgd worden en minder vrij gelaten worden, maar het zal ook aan autonomie en keuzevrijheid winnen en deel zijn van een gemeenschap.
Gemis aan rituelen verlengt ons lijden
Het is denkbaar dat het ontbreken van deze pijnlijke rituelen in onze cultuur er mede voor zorgen dat de overgangen psychisch minder doorlopen worden en langer duren. De psychische pijn van verlies kan decennia blijven trekken en etteren in ons mensen, en zo’n ritueel maakt de overgang vaak veel duidelijker en verwerkt de pijn sneller via het herstel van ons lichaam.
Verlieservaringen op weg naar volwassenheid
Overgangen komen met verlies en met nieuwe mogelijkheden. In het ‘geboorte ritueel’ maken we ons eerste grote verlies mee, we verliezen de vertrouwde warme buik van de moeder en komen in een koude droge wereld terecht waarin verzorging niet meer vanzelfsprekend blijkt. Vervolgens verliezen we een deel van onze kinderlijkheid en onschuld in de overgang naar pubertijd.
Huwelijk en geboorte beëindigen definitief het kind zijn
De volgende stap om de ontwikkeling van een mens is traditioneel het huwelijksritueel en de geboorte van een eerste kind. Als we getrouwd zijn en zelf kinderen krijgen is het kind zijn definitief verloren en de volwassenheid volledig aangenomen. Vanaf dat moment wordt de persoon geacht te voldoen aan volwassen verwachtingen en volwassen verantwoordelijkheid te dragen.
Blijven hangen in een leeftijd
Dat niet iedereen die ontwikkeling psychisch doorloopt mag duidelijk zijn. Velen blijven innerlijk hangen in een bepaalde leeftijd en blijken nog niet bereid noch in staat om de volwassen verantwoordelijkheid te dragen. Velen kampen daarbij nog met de neveneffecten van (het geweld in) hun opvoeding en opgroeien en moeten daar nog hun weg in vinden.
Liever zelfmedicatie dan hulp
Voedsel voor psychologen en andere hulpverleners misschien, maar de meeste mensen komen daar pas als ze echt zijn klem gelopen en proberen het liever met zelfmedicatie (medicijnen, alcohol, roken, drugs, voedsel en explosief uitleven van woede) of kind gedrag en zelfrechtvaardiging.
Gebrek aan vertrouwen door pijnlijke herinneringen
Hun ervaring met autoriteitsfiguren was wellicht niet prettig genoeg om zich in handen van weer iemand te geven, en pillen slikken en emoties uitleven zijn in onze cultuur de geëigende methoden van omgang met stress. En voor de rest is er nog meditatie, dans, wellness centra en bijvoorbeeld yoga om zichzelf mee overeind te houden (natuurlijk liefst zonder verder iets te veranderen).
Therapie voor als het goed gaat
Gek genoeg vinden slechts weinig mensen therapie als algehele leermogelijkheid. We benaderen het doorgaans slechts als probleemoplosser wanneer al het andere heeft gefaald. De therapeut krijgt dan de rol van beter ouder die de brokstukken mag oprapen en de bedding en het vertrouwen mag herstellen. Hoe zou het zijn voor een therapeut om mensen ook te mogen helpen in het verder ontwikkelen van vaardigheden die ze al leuk vinden en goed kunnen? Een mens kan dromen, nietwaar?
Leven als kinderen
De keuzen die we maken zijn inmiddels net zo veranderlijk als de wind en in geen enkele keuze zitten we meer echt vast. In onze consumptiemaatschappij zijn ook relaties gemakkelijk vervangbare diensten geworden, die vooral in onze hooggespannen behoeften moeten voldoen.
Leven zonder toekomst of consequenties
We leven alsof niets meer consequenties heeft en lenen wat we nog niet hebben alsof de zon altijd zal blijven schijnen. We leven alsof er altijd ouders zullen zijn om voor ons te zorgen. Maar wie zorgt er voor die ouders? Wat gebeurt er wanneer de zon toch onder gaat?
Teleurgesteld als verwende kinderen
Dan worden we boos, en verwijten onze ouders natuurlijk. Het was per slot hun plicht om de zon op te houden. Vervolgens noemen we hen onbetrouwbaar en bestraffen ze. Niet dat we ondankbaar zijn, natuurlijk, maar zo doen we het nu eenmaal. Niets gekker dan een mens.
De snoepwinkel als norm
Degelijkheid en duurzaamheid zijn geen kwaliteiten meer, eerder nadelen of lasten, omdat we in onze consumptie- en creatiedrift constant willen veranderen. We zijn dus als kinderen in een snoepwinkel, steeds op zoek naar het volgende nieuwe snoepje, de volgende nieuwe smaak.
Avonturen en onderzoeken als leefwijze
Jeugd zit vol mogelijkheden, is energiek en levenslustig, vol verwachting en kansen, terwijl volwassenheid meer wordt geassocieerd met plicht, verantwoordelijkheid, stabiliteit en gebrek aan vrijheid.
Het kind heeft de volwassene nodig
Het is de volwassene op wie het kind leunt voor zijn zekerheid en veiligheid, en bij wie het terugkomt als het in moeilijkheden is gekomen in zijn avonturen. Het kind is in die rolverhouding de avonturier, en de volwassene de stabiele thuisbasis.
Kwaliteiten van volwassenheid zijn goed te veinzen
Oude kwaliteiten zoals wijsheid, inzicht, betrouwbaarheid, degelijkheid en levenservaring lijken nauwelijks nog nog waarde te vertegenwoordigen in onze gemeenschap, temeer omdat ze in een op media gebaseerde cultuur nauwelijks nog echt te onderscheiden is van een acteur die de wijsheid van een ander vertolkt.
Resultaat zonder inspanning
We willen niet de wijze zijn die zijn wijsheid moeizaam heeft vergaard, maar veel liever de acteur die van act naar act kan gaan zonder ergens in vast te raken. Misschien willen we nu wel de wijze zijn, maar morgen willen we vrij zijn om de losbol of ieder anders persoon te kunnen zijn. We willen bovenal nergens in vast zitten.
Dromen van schoonheid en rijk leven
Omdat we het verschil nauwelijks nog merken kijken we ook voor wijsheid naar jongeren met nog maar nauwelijks levenservaring maar in elk geval een rijke en extraverte leefstijl kunnen voorhouden met een vrijheid die wij ambiëren. Ze hebben geleerd hoe ze de wijsheid van anderen kunnen verkopen en dat is goed genoeg.
Het Ik-merk in het mediatijdperk
Wat we zien zijn ook vooral verkopers van een merk. Zijzelf zijn het merk. Beroemd om hun beroemdheid. Beeldvorming is alles in een mediatijdperk, zoals Richard Nixon al lang geleden tot zijn schande mocht merken toen hij tegenover een aantrekkelijke en gebruinde Kennedy mocht plaatsnemen. De spelregels waren veranderd.
Extraversie en toneelspel
Dus luisteren we grif naar de wispelturige meningen van de meest onwijze mensen (onwijs populair natuurlijk) die vooral opvallen door hun extraverte gedrag maar zeker niet perse door hun doorleefde wijsheid of indrukwekkende prestaties. Beroemdheid is maakbaar geworden, en vraagt vooral publiciteit en tamtam.
Commercialisering van religie en spiritualiteit
Ofschoon goeroes en geestelijk leiders ook grif het beeldscherm zoeken, en de boekentafel is ook hun wijsheid vooral het doorgeven van aloude wijsheden van degene die zij verzamelden en naast hun boeken staan de vele gelegenheidsschrijvers, hypes en ervaringsdeskundigen. Het is daarom niet verwonderlijk welk een overdaad de spirituele boekenkast zoal kan tonen. Ook spiritualiteit is vooral verkoop en beeldvorming geworden. Een mooie verpakking doet veel.
We willen het allemaal, en bovenal vrijheid
Kwaliteiten van ouderdom zoals wijsheid zijn in onze tijd tot vooral een act geworden, in plaats van een resultaat van lang en intens leven. We willen het beste van alle keuzen dus alle voordelen van eeuwige jeugd gecombineerd met de wijsheid en spiritualiteit van een lang en intens geleefd leven. We willen er graag in geloven en mogelijk staan achter deze stroom van entertainers vooral mensen die het aloude brood en spelen nog hanteren om het volk bezig en tevreden te houden.
Krijgen wat je wilt: het kind
We krijgen daarom wat we willen, relatief jonge aantrekkelijke lichamen die oude wijsheiden op een goed doordachte wijze mooi verpakt weten te brengen. Liever feest dan serieuze kost, liever een buffet of proeverij dan een enkel gerecht. Niet teveel diepgang en hapklare brokken. Ergo: het kind.
Beroemdheid staat op zichzelf
Vraag het een beroemdheid, of nog beter: Google of Facebook. Snel, vluchtig en veel, zijn het credo van ons leven geworden. De perfecte symboliek voor de stroom van leven, dat wel, al merk je naarmate je zelf langer leeft dat je voorkeuren en patronen daarin beginnen te veranderen.
Patronen hebben tijd nodig om hun werking duidelijk te maken
Het blijkt uit te maken of je een patroon langer leeft, en soms wordt een probleem erin pas na jaren voelbaar. Dan merk je wat je al die tijd gemist hebt. De oplossing van gisteren vormt het probleem van vandaag.
Het Innerlijk kind
Veel mensen blijken erg bezig te zijn met hun ‘innerlijke kind’ en voor sommigen is die zo werkelijk geworden dat ze zelfs denken overgenomen te worden door hun innerlijke kind (krachtige hypnose is dat). Ook ikzelf heb enkele keren (maar nu ik erover denk tegenwoordig eigenlijk niet meer) het innerlijke kind gebruikt als een nuttige instrument, voor effect of om in te haken bij gangbaar geloof, maar ik ga nooit zover dat ik mensen vertel dat het een soort wezen is die je kan overnemen zoals een demon.
BE GONE Demon!
“DEMON! BE GONE!!!!” zeg ik soms, met een knipoog naar exorcisme, want als je geloof in dit soort entiteiten zo sterk wordt dat je denkt dat het je echt kan overnemen dan is dat ook wel passend. Maar in werkelijkheid kan je beter niet aan iemands innerlijk kind komen, omdat de drang om het (idee) levend te houden bij vooral die mensen erg groot is. Zij geloven hevig in het belang van innerlijk kind werk, en daarmee in de geboorte van innerlijke kinderen in ieder mens.
Het voertuig is de wereld geworden
Natuurlijk is het innerlijk kind ooit door iemand bedacht als een voertuig waarmee een innerlijke dynamiek verklaard kon worden en iets kon oplossen, maar het is nooit bedoeld geweest om het zo werkelijk te maken dat we gaan denken dat er echt een kind in ons huisvest los staat van onszelf.
Sub-persoonlijkheden en schizofrenie
Sub-persoonlijkheden zijn slechts innerlijke creaties (ficties), onderkend voor een bepaald doel, en kunnen dus naar willekeur aangepast en benoemd worden. Als je ze te werkelijk maakt wordt het schizofrenie, waarbij iemand zich compleet verdeelt in onafhankelijke personen (of persoonsdelen) die elk een stukje tijd krijgen om het lichaam en bewustzijn te bewonen en besturen.
Toen Richard Bandler, de grondlegger van NLP (een op hypnose gebaseerde methode), geïnteresseerd raakte in het verschijnsel van meerdere persoonlijkheden, bezocht hij een therapeut die bekend stond om zijn werk met meerdere persoonlijkheden. Cliënten van deze therapeut hadden volgens zijn zeggen niet twee of drie maar wel twintig of meer verschillende, volstrekt gescheiden, persoonlijkheden en deze therapeut was befaamd als ontdekker ervan.
Wat Richard, een inmiddels vaardig hypnotiseur, ontdekte toen hij de werkwijze van deze therapeut onderzocht, was dat deze therapeut de persoonsdelen niet ontdekte maar zelf in zijn cliënten creëerde. De methoden waarmee hij zijn cliënten dwong om andere persoonlijkheden te creëren waren ook niet bepaald zachtzinnig of subtiel, en klinken ronduit bizar als je Richard erover hoort vertellen.
In die tijd (en misschien ook nu) bestonden er grote namen me bizarre methoden die veel navolging vonden. Psychologen waren bijvoorbeeld massaal huisvrouwen aan het masturberen omdat die volgen hen leden aan de aandoening die ze Hysteria noemden, wat later gewoon seksuele frustratie en verveling bleek te zijn.
Misschien niet onplezierig en ook heel onschadelijk, maar wel vreemd in het licht van wat we nu weten. De vibrator is een uitvinding van een van deze artsen die last kreeg van RSI door deze veel herhaalde handeling. Andere methoden bleken echter wel schadelijk. en zijn uit gebruik genomen, en we begrijpen nu veel meer over hoe psychotherapie werkt.
Het is een knap stukje dissociatie om dergelijke delen compleet afgescheiden van elkaar te maken, en van het zelf, maar het is zeker doenlijk. Dan kan je vervolgens relaties bedenken tussen jezelf en dat kind en jezelf een excuus verschaffen om onvolwassen of onhandig gedrag in stand te houden zonder daar schuldgevoel over te hebben.
De eenheid in jezelf opdelen
Deze mensen hebben zichzelf in hun therapieën compleet in stukken verdeeld in plaatst van hun eenheid te herstellen en dan wordt een hulpmiddel opeens een werkelijkheid in plaats van slechts een brug om over te wandelen op weg naar het paradijs. Het innerlijk kind behoort niet meer te zijn dan een onschuldige en nuttige hallucinatie, zoals we er zo velen hebben, die we even tijdelijk aantrekken en dan weer vergeten.
De genoegens van het innerlijk kind
Natuurlijk geeft het weer tal van mogelijkheden voor nieuw therapie op basis van het kind. We kunnen het kind opnieuw geboren laten worden in rebirthing en het laten uitschreeuwen in primal scream en regressietherapie zoeken (het innerlijk kind is in zichzelf al een regressie) en ook lichaamswerk en alternatieve geneeswijze kan er wel wat mee.
Als je een beetje rondvraagt kan je vast ook een familieopsteller vinden die het innerlijk kind wil opstellen en vorige levens omdat het past in zijn of haar geloofsovertuiging.
Helaas, het innerlijk kind mag niet opgroeien
Door het innerlijk kind steeds opnieuw tot werkelijkheid te maken, creëren we het kind (en de verdeling) steeds opnieuw en geven het vervolgens toestemming om ons over te nemen waardoor het nooit zal kunnen opgroeien. Een bevroren beeld is geen leven, want in leven ontwikkelt alles zich. Een therapeutisch hulpmiddel is dan een probleem geworden, en het kind mag niet opgroeien.
Werken vanuit de eenheid
Zelf werk ik daarom liever met de onverdeelde eenheid en zal zelf geen initiatief nemen om delen te creëren, noch stel ik expliciet innerlijke kinderen op in opstellingen (omdat iedereen die er staat daar al staat als het kind van zijn ouders). Ik weet dat alle kleuren en aspecten die een mens van zichzelf toont, slechts uitingen zijn van die eenheid die soms in bekende water vaart en soms volledig de weg kwijtraakt en moet zoeken.
Therapie als oplossing voor gemis in je leven
Therapie is nooit bedoeld als leefwijze, al zijn er genoeg die dat ervan gemaakt hebben. Voor velen is therapie (of een spirituele afgeleide ervan) de beste ingang geworden naar intimiteit in relatie met anderen, naar egocentrische aandacht, en misschien is therapie de enige plek waar ze zomaar alles mogen tonen in het vertrouwen dat ze erin ontvangen worden op de manier van een verzorgende liefdevolle ouder.
Gemis aan verbinding
Dat soort aandacht vinden we niet meer zo gemakkelijk, in onze onthechte cultuur, en dat is voor velen van ons een groot gemis. De hoeksteen van onze cultuur lijkt vooral de emotie eenzaamheid te zijn, slechts enigszins verzacht door elektronische ontmoetingen en elektronisch vermaak.
Veilige plek om je te uiten
Therapie is de veilige plek waar we onze emoties durven delen zonder bang te zijn voor repercussies of stigma’s. Het is daarom niet vreemd dat ook veel spirituele werkers en groepen de therapeutische setting enigszins kopiëren. Spiritualiteit en therapie als leefwijze, past ook heel goed in de ik-gerichtheid van onze cultuur, in het steriele levenloze karakter ervan en ons onvermijdelijke gemis aan persoonlijk contact en verbinding. Het kind in ons zoekt veilige intimiteit en bovenal veilige verbinding om het en stabiele plek te geven.
Fundament van onveiligheid in onze cultuur
Waar anders dan in therapie-settings krijg je dat soort persoonlijke aandacht, dat soort leren. Buiten therapie in alles deel van een prestatiecultuur die volstrekt ik-gericht is en waarin elkaars vijanden te zijn. Ook de therapeut zelf wordt meer en meer in deze prestatiecultuur gekozen en moet steeds sneller zorgen dat jij weer productief wordt of mee kan komen.
Maatschappelijk zijn we verworden tot productiemachines, en voor ons 10 anderen, misschien wel honderden anderen. Oké, je noemt het concurrenten, maar dat is slechts een ander woord voor iemand die je niet kan vertrouwen omdat hij jouw koek wil stelen. Hoe kan je veiligheid vinden in een dergelijke wereld als de basisveiligheid in jezelf ontbreekt? Hoe kan het dan goed met je gaan? Het kind probeert zich groot te houden en door te gaan. Het is gehoorzaam en trouw.
Met wie kan je nog open en kwetsbaar delen zonder repercussies?
Zou je je tranen of woede zomaar ongeremd durven delen met je leidinggevende of met klanten van je bedrijf? Merendeels zijn we genoodzaakt ons in te houden, een werkzaam masker te tonen voor effect, sociale leugens te delen omdat waarheid vaak niet voldoende oplevert en negatieve repercussies geeft.
Liegen als begerenswaardige leiderschapskwaliteit
Een leider moet overtuigend kunnen liegen en geheimen bewaren, een verkoper ook (en wie is tegenwoordig geen verkoper?). Het vermogen is gebaseerd op ons conceptueel denken waarin we ander werkelijkheden kunnen verzinnen. De psychologische wetenschap heeft bewezen dat slimme mensen eerder leren om overtuigend te liegen dan minder slimme mensen.
Het begint al wanneer ze als kind ontdekken dat hun ouders niet alles weten wat zijzelf weten. Dat is het moment waarop ze beginnen te liegen over wat ze niet mochten en toch deden. Jongere en minder intelligente kinderen denken nog dat hun ouders weten wat ze gedaan hebben omdat zijzelf het ook weten. Ze hebben nog niet door dat hun gedachten alleen door henzelf gehoord worden.
Een trots moment, die eerste leugen: Leiders in de maak!
Wonderlijk krachtig brein, ik buig voor u
Zoals we hier zitten, staan of lopen, zijn we allemaal gehypnotiseerd en vol van alledaagse hallucinaties, dat hoort bij de enorme kracht van ons grote brein. De meeste mensen hebben vele versies an zichzelf gehallucineerd en we hebben allerlei automatische reacties en onbewuste programma’s en ontwikkelen er (zonder dat we het door hebben) ook nog voortdurend nieuwe bij.
Het brein is een ware leer-kampioen en tot veel meer in staat dan wij bewust kunnen overzien, bijhouden en beheersen. Merendeels opereert het brein daarom volledig autonoom en geeft ons slechts wat brokstukjes waarom we vragen of waarvan het bepaalt dat we ermee kunnen omgaan. Het laat ons bewustzijn in de waan dat het de macht heeft, zodat ons zelfbeeld intact kan blijven, maar weet zelf beter.
Zonder de enorme capaciteit van, en de besturing door, het (voor ons) onbewuste brein, zou ons bewustzijn zelfs in de kleinste handeling al tekort schieten. We zitten bovenal vol met onbewuste vaardigheden, daar ligt onze werkelijke kracht. Voor ons bewuste brein is slechts merkbaar dat sommige vermogens en vaardigheden vanzelfsprekend zijn en andere heel gemakkelijk. Deze vaardigheden zijn inmiddels zo geïntegreerd dat het bewuste finaal is vergeten dat het ze ooit moest leren.
Hypnose slaat het bewuste graag over, omdat het weet dat het onbewuste brein veel beter en sneller kan leren dan het bewuste. Het bewuste is bij leren maar een sta-in-de-weg met zijn vele overtuigingen, selectieve waarnemingen en filters. Leren via je bewuste is eigenlijk de minst efficiënte leermethode, omdat het geleerde pas integreert (gemakkelijk en vanzelfsprekend wordt) als het deel is van de onbewuste en volautomatische set innerlijke programma’s.
De complexiteit van ons enorme brein maakt dat we af en toe onderhoud kunnen gebruiken om reacties bij te stellen die niet meer passen bij de werkelijke mogelijkheden die we hebben. Anders gezegd: het is als je zo’n groot brein hebt belangrijk om ook zelf te blijven leren en ontwikkelen, omdat het leren anders zijn eigen vorm gaat aannemen en je in de weg kan staan.
Alledaagse hypnoses
Je kunt de effecten van de alledaagse hypnoses waarnemen maar het is onmogelijk om je dit proces volledig bewust te worden, laat staan te beheersen. Je brein is daarvoor gewoon te omvattend en je bewustzijn te beperkt. Je bewustzijn krijgt van je brein slecht wat brokjes informatie die het aankan, waarna het meeste onbewust gebeurt.
Conditioneren is een slachtofferverhaal van het kind
Sommigen mensen spreken over conditionering noemen wat deels verwijst naar invloeden van uit de maatschappij of cultuur, en deels een oordeel is op onze op-voeding (voeding waar je van groeit) en ons opgroeien. De hypnose is impliciet, want het is ook een slachtofferverhaal en impliceert daarmee een kinderlijke positie in en grote mensenwereld die tegen je is. Het kind is in conflict met zijn opvoeders.
Een idee gevoed met geloof maakt een waarheid (en een nieuw probleem)
We geloven sterk in onze verhalen, en als we denken dat het ons lijden kan verklaren dan houden we soms zo vast aan ons geloof dat we niet eens meer door hebben wanneer dat geloof zelf deel van een probleem is.
Transactionele analyse en het innerlijk kind?
Ik ben niet zeker of de creatie van het innerlijk kind als idee een nazaat is van de meer spirituele of alternatieve stromingen of dat het idee is ingegeven door het werkmodel van de transactionele analyse die zich baseert op een innerlijke ouder, een kind en een volwassene (en dat is nog maar de start van de verdeling) en de dynamiek tussen deze persoonsdelen.
Steeds meer gebroken delen
Wat ik wel weet is dat het verzamelen van een veelheid aan ideeën en therapeutische en spirituele modellen ons geen oplossing biedt maar ons slechts verdeelt in steeds meer stukken, steeds verder weg van de eenheid die we zoeken.
Op zoek naar de volwassen vorm op een stevige fundament
Het kind is op zoek naar zijn volwassen vorm en zoekt steeds wanhopiger naar antwoorden, naar nieuwe puzzelstukken. De implicatie van het zoeken is dat het kind niet weet dat het in zichzelf al genoeg was. Het kind weet dat niet, wist niet dat het welkom kan zijn, en probeert door zich te ontwikkelen genoeg te worden, zodat het welkom zal zijn, veilig mag zijn, mag rusten en de schoot van thuis en welkom. Er zit veel pijn en gemis verstopt in dit soort inspanningen.
Teveel ideeën, teveel ‘waarheid’, te weinig effectieve hulp
Nieuwe ideeën helpen hier niet, het kind gaat al lang zwaar gebukt onder de last van zijn denken en er is nauwelijks nog beweging in te brengen. Het heeft al vele therapieën en stromingen gevolgd en van elke stroming de ‘waarheid’ gehoord over hoe te zijn en hoe alles samenhangt. Daaraan iets toevoegen is onbegonnen werk en zal niets oplossen.
Gezocht: een stevige basis
Wat het kind nodig heeft is een ervaring, wat het nodig heeft is een gevoel, wat het zo wanhopig zoekt is een verbinding met iets wat het niet vond.
Het kind wil vrij zijn (van pijn) maar heeft verbinding nodig
Het kind probeert vrij te geraken, maar vind het niet zolang het zich niet eerst verbindt. Het heeft wortels nodig in zijn oorsprong om van daaruit kracht en vertrouwen te ontwikkelen. Het moet weten waar het vandaan komt, weten dat het beschermd en veilig is. Door te verbinden kan het vertrouwen ontwikkelen en met vertrouwen neemt ook het broodnodige gevoel van basisveiligheid toe.
Zonder basis is het kind vleugellam en ongeaard
Het kind vertrouwt op verzorging, gaat ervan uit dat veiligheid en voorzieningen op magische wijze voor hem geregeld zijn, maar vond dat pas toen het kon verbinden met de ouders die het zocht. Zonder die basis kon het niet vliegen en vond het geen stevigheid in zichzelf, behalve misschien de schijnstevigheid van een innerlijke kramp die wij namen geven als wrok en woede. Zonder basis kon het kind niet volgroeien tot volle wasdom omdat het de hiervoor noodzakelijke wortels en voeding mistte.
Het zoekende kind heeft geen draagkracht voor schuld en verantwoordelijkheid
Het kind zocht onschuld want zonder basis kan het geen schuld en verantwoordelijkheid verdragen. Het kind heeft ouders nodig om eerst voor hem te dragen en de controle te bieden die het zelf nog mist over zijn bestaan en omgeving. Het heeft tijd nodig om sterker te worden en te leren hoe alles werkt, tijd nodig om vaardig te worden.
Een basis geeft onmiddellijk stevigheid en kalmte
Zonder basis moet het kind altijd waakzaam blijven, altijd werken, kan het niet ontspannen, niet echt. Een basis geeft onmiddellijke ontspanning en rust, onmiddellijke stevigheid. Nu kan het landen en hoeft niet meer zo nodig, nu wordt het gesteund en gevoed zoals het zou moeten. Eindelijk is er tijd voor leven.
Volwassenheid geeft zelfbeschikking
Volgroeien naar volwassenheid is een proces van opstaan in verantwoordelijkheid en zelfbeschikking. Het vraagt keuze en het aanvaarden van consequenties en verantwoordelijkheid. Het vraagt om op eigen benen te staan en verantwoordelijk te (willen en kunnen) zijn voor de eigen behoeften en verlangens.
Volwassenheid heeft ruimte voor rust en plezier en is flexibel
Volwassenheid vraagt ook flexibiliteit om te rusten en plezier hebben en daar ruimte voor te creëren, te weten wanneer de boog gespannen moet staan en wanneer niet. Volwassenheid vraagt volgroeide zelfregulatie, en daarmee een mate van beheersing van zichzelf en de omgeving waartoe het kind nog niet in staat is. Wat volwassenheid bovenal vraagt is een stevige basis waarop al die andere zaken mogelijk worden.
Laatste loodjes
Zo, je hebt het aardig uitgehouden dat je tot hier hebt gelezen. Of ben je meteen nar de laatste pagina gesprongen, ongeduldig type? Helemaal goed hoor, fijn dat je er bent.
Het zal je na lezing duidelijk zijn dat opgroeien vooral een reis is van versmelting naar toenemende autonomie. Versmelting is de baarmoeder, de beschermde eenheid of symbiose met je moeder (die je ooit was), en de herinnering daaraan zit diep in ons verankerd en is onbewust gekoesterd.
Dat is onze worsteling, onze zoektocht, en daarom ervaren we de kilte in de buitenwereld en voelen we zoveel woede en hulpeloosheid op ons bestaansniveau.
Sommige afscheid valt zwaar en niets zal ooit nog zo veilig en warm worden als onze baarmoeder ooit was. Nooit meer zullen we zo vanzelfsprekend en compleet verzorgd worden. Dat is onze oerschreeuw. MAMMIE, waarom liet je me alleen????
We doen er heel wat jaren over om helemaal uit de baarmoeder te komen en de wereld erbuiten in te gaan. Eenmaal daar, is er geen weg meer terug. Die was er eigenlijk toch al niet. Een waardevolle reis naar jezelf.
Eerst is er het lichamelijk proces naar volwassenheid, en dat is nog maar het gemakkelijkste deel. Het geestelijke en emotionele afscheid van de baarmoeder is een veel grotere klus. We willen onze veilige baarmoeder niet zomaar opgeven. Toch is dat de reis die elk mens maakt, met als uiteindelijke winst de stevige vrijheid van het menselijk potentieel.
Misschien zijn we bij ons potentieel als we eenmaal zelf kinderen krijgen en daarmee nieuw leven in de wereld brengen, maar meestal gebeuren dingen in ons leven al voor we er echt klaar voor zijn. Dat zijn die kleine groeistimulaties waar leven zo goed in is. Het kind in ons gaat dan flink tekeer en probeert van alles om eruit te komen, maar de volwassene gaat het rustig aan en wil zijn volledige potentieel realiseren. Het is geweldig om een mens te zijn.
Hoe kan een therapeut het kind helpen?
Wat kan ik doen om dat proces te ondersteunen? Gelukkig heel veel.
Familieopstellingen voor herstel van basis
Het werken met familieopstellingen is bij uitstek een manier om verbindingen diepgaand te herstellen en iemands basis te verstevigen, zijn wortels in zijn eigen oorsprong. Het werkt ook goed in rouwverwerking, het omgaan met verlies in wat voor omvang of vorm ook.
Relaties leggen en verbinden, onderkennen wat werkelijk is, aanvaarden, toestemmen en verder gaan, allemaal aspecten waarin opstellingen goed werk doen. Het is een heel breed en flexibel instrument, vooral in vaardige handen.
De werking van een opstelling is snel en diepgaand en langdurig, en dus een goed startpunt. Vaak is enkele opstelling al genoeg om de dynamiek te keren, al komt het ook voor dat ik een aantal keer met iemand werk aan dezelfde vraag.
Emotie is niet genoeg
Het leuke van mijn werk is wel dat ik regelmatig terugkoppeling krijg over de daadwerkelijke verandering die mensen in zichzelf en hun leven ervaren na een opstelling. Emotie is fijn, maar verandering is de werkelijke behoefte van een vraag. De (kind in de) client wil een stap maken en reikt daarin uit om steun en hulp. Geen sinecure voor een gekwetst, misschien zelfs gebroken, kind.
Lichaamsbewustzijn en aanwezigheid in het lichaam
Daarnaast zijn er methoden, zoals zacht lichaamswerk die helpen ontspannen en levendigheid en lichaamsbewustzijn helpen ontwikkelen. Ik werk in opstellingen daarom ook vaak aan het vermogen van de vraagsteller om aanwezig te blijven in zijn of haar lichaam terwijl de gevoelens daar zich ontvouwen.
Aanwezig blijven in het lichaam is voor velen van ons een uitdaging. We hebben allemaal wel gevoelens die we niet willen of kunnen voelen bijvoorbeeld omdat ze te groot of onprettig zijn of gewoon ons vermogen tot zelfregulatie overschrijden.
Aanwezigheid wordt bedreigd door automatische lichaamsreacties
De processen waarmee we omgaan met deze emoties zijn merendeels lichamelijk, volledig automatisch en onbewust, dus iemand kan in zo’n geval niet zomaar kiezen om te blijven en die gevoelens te ervaren. Iemand die het als een keuze ziet, begrijpt nog niet genoeg van hoe deze processen werken.
In feite is het een overlevingsreactie die bovenal lichamelijk is, een herinnering aan een ervaring die te groot was om adequaat mee om te kunnen gaan. Binnen het vermogen tot zelfregulatie is er keuze, en dan is er de noodknop waarin het lichaam zelf ingrijpt en het kind beschermt.
Sommige mensen komen in bepaalde situaties in een bevriezing terecht (de derde stressreactie, naast vluchten en vechten), anderen schieten heel snel uit hun lichaam en kunnen zelfs bewusteloos raken. In dat geval kan je alleen doseren en goed opletten. De ervaring moet bovenal binnen de grenzen van draagkracht en het vermogen tot zelfregulatie met blijven.
Somatic experience voor meer veiligheid in het lijf
Lichaamswerk, bijvoorbeeld in de vorm van Somatic Experience (Peter Levine), is ook een prima manier om de zelfregulatie van het lichaam te ondersteunen. Vooral als er weinig veiligheid in het lichaam is, kan dit een heel passende lichaamsgerichte methode zijn die in behapbare stapjes het vermogen tot ervaren en zelfregulatie vergroot.
Falende zelfregulatie grijpt de noodknop
Emoties en gevoelens zijn vooral lichamelijke drijfveren die onze gedachten en gedrag dwingend beïnvloed wanneer ons vermogen tot zelfregulatie tekort schiet. Ook stressklachten zijn vooral een indicatie van falende zelfregulatie. Al de methoden die ik gebruik helpen hierin.
Andere lichaamsgerichte methoden
Naast de hierboven genoemde lichaamsgerichte vormen zijn er natuurlijk ook vele anderen die helpen bij ontspanning, levendigheid, aanwezigheid en heelheid, waaronder Yoga en op massage of dans gebaseerde werkvormen. Je kan dus wat vormen proberen als je dat leuk vindt, en hun waarde ontdekken tot je de voor jou passende vorm hebt. Als een vorm wat te grof of groot voor je is, probeer je gewoon wat zachtere en kleiner werkende methoden. Zoek het in de ervaring, meer dan in de ideeën.
Mindfulness geeft ruimte en concentratie op wat belangrijk is
Mindfulness steunt concentratie en stimuleert bewustzijn op wat er in je omgaat. De beoefening van mindfulness geeft doorgaans meer innerlijke kalmte en geeft je meer focus op wat echt belangrijk voor je is zodat je meer van binnen naar buiten gaat leven in plaats van buiten naar binnen (als dat betekenis voor je heeft).
Een indrukwekkende reis naar je volwassen zelf
Hoe je het ook doet, de reis naar je volwassen vorm is een indrukwekkend mooie reis om te maken en de uitkomst heel waardevol. Je kan wachten tot je ergens klem loopt of er gewoon voluit induiken, maar uiteindelijk heeft leven zo zijn manieren om je de delen van jezelf te tonen.
Soms toont leven dat je toch wat minder klaar bent dan je dacht. Dat is helemaal oké, want er is altijd wel iemand die klaarstaat om het verloren kind op te vangen en helpen. De meest vaardigen zijn ongetwijfeld geweest waar jij nu bent, de zoektocht van het verloren kind maakt namelijk ook prima therapeuten..
Wees een vriend, schrijf een reactie
Vond je het interessant of heeft het je op gedachten gebracht, laat het dan weten in een reactie hieronder.
Geef een reactie